Er gaat meer boven je pet dan eronder

Cors Visser | 18 februari 2017
  • Thema-artikelen

Kerken en de wetenschap: het is een lastige combinatie. Kerken weten vaak geen raad met allerlei wetenschappelijke uitspraken. In de Verenigde Staten was dat voor één op de drie jonge kerkverlaters reden om te vertrekken. Ontmoedigend veel. Maar er is iets aan te doen, bovenal door een juiste houding aan te nemen. Kernwoorden daarbij: nieuwsgierigheid en verwondering.

In 2011 is er in de VS een grootschalig onderzoek gedaan onder mensen van 15-29 jaar die het christelijk geloof tijdelijk of permanent vaarwel hebben gezegd. De vraag: waarom keren mensen God de rug toe? Vaak werden meerdere redenen gegeven. De onderzoekers kwamen tot zes categorieën antwoorden:

1. De kerk is overbeschermend.
2. De boodschap die we horen is oppervlakkig.
3. Wat we horen is in strijd met de wetenschap.
4. De kerk is simplistisch en veroordelend ten aanzien van seks.
5. We storen ons aan het exclusieve karakter van het christelijk geloof.
6. De kerk is onvriendelijk voor twijfelaars.

Nu kun je altijd kanttekeningen bij zo’n onderzoek zetten. Bovendien is het een Amerikaans onderzoek. Het is de vraag of het er in Nederland hetzelfde uitziet. Maar als ik in mijn omgeving kijk, hoor ik zowel kerkbezoekers als afhakers opmerkingen maken die in deze zes categorieën te plaatsen zijn.

Nieuwsgierigheid

Bij de derde categorie – ‘Wat we horen is in strijd met de wetenschap’ – zijn meer statistieken te geven. 35 procent van de jongeren zegt dat de kerken te zelfverzekerd zijn over het feit dat ze alle antwoorden wel hebben. 29 procent vindt dat de kerken te weinig rekening houden met de wetenschap en 23 procent geeft aan dat ze zijn afgehaakt vanwege de schepping-evolutiediscussie.

Wat kun je hier als predikant, als kerk of als gelovige nu aan doen? Ik denk dat de zes categorieën zelf al een begin van het antwoord geven. Vier van de categorieën hebben namelijk te maken met het ontwijken van vragen of het geven van gemakkelijke antwoorden. Om daarbij nog een cijfer te noemen: 36 procent, meer dan één op de drie jongeren, zegt zijn of haar grootste levensvraag niet in de kerk te kunnen of te durven stellen. Dat vind ik behoorlijk schokkend. Zelfs al zouden die cijfers hier in Nederland anders liggen, dan nog laat het zien dat het serieus nemen van de vragen van jongeren – en van iedereen – essentieel is. Het is een kwestie van nieuwsgierigheid, van interesse in wat jongeren beweegt.

Wetenschappers zijn ‘de nieuwe dominees’

Een mooi voorbeeld: van een veertiger uit onze kerk hoorde ik hoe de predikant in de stad waar hij vroeger studeerde catechisatie gaf. Als er vragen kwamen van zijn catechisanten – het maakte niet uit waarover – wist hij het antwoord lang niet altijd. Zijn reactie was dan: ‘Ik weet het niet, ik ga me er eens in verdiepen.’ De volgende week lag er een stapeltje boeken op zijn tafel en zei hij iets in de trant van: ‘Misschien hebben jullie hier iets aan’, en dan vertelde hij iets. Het was helemaal geen hippe predikant. Hij stond ook niet bekend om zijn vooruitstrevendheid of iets dergelijks. Maar zijn interesse in en openheid voor de vragen van zijn catechisanten werkte wel. 25 jaar later werd er nog met veel waardering over gesproken.

Topwetenschappers

Ik hoor vaak dat mensen een help!-reactie hebben bij moeilijke vragen. Zijn we meer dan ons brein? Is evolutie niet bewezen? Zit geloof tussen je oren? Uit angst timmeren ze de boel dicht met goedkope antwoorden. ‘De Bijbel heeft toch gelijk.’ Of tegenovergesteld: ‘God bestaat niet.’ Die reactie is begrijpelijk, maar angst is nog nooit een goede raadgever geweest. Dus naast meer openheid en interesse is het nodig om iets te doen aan die angst.

ForumC heeft een lijst van zevenhonderd christenen die actief zijn in de wetenschap of die gepromoveerd zijn. En er zijn er nog veel meer. Het helpt vaak in gesprekken met studenten om dat te noemen. Hun reactie is doorgaans: ‘Huh, zo veel?’

Alleen al het noemen van zo’n aantal werkt bemoedigend. Ja, er zijn veel christenwetenschappers. Daar zitten ook heel goede bij. Een paar jaar geleden verscheen het boek Geleerd en gelovig, met daarin bijdragen van 22 topwetenschappers, allen christen, die vertellen hoe zij het ervaren om christenwetenschapper te zijn.

Dit is tegelijkertijd een oproep aan die christenwetenschappers: laat horen dat je er bent. Het helpt. Nodig als Bijbelkring of kerkenraad ook eens een wetenschapper uit je kerk uit om iets te zeggen over zijn of haar werk en geloof.

Cursussen

Misschien denkt iemand: ja, maar dit is om de hete brij heen draaien. Openheid en nieuwsgierigheid leiden niet per definitie tot goede antwoorden en er zijn toch gewoon spannende vragen? Dat klopt. We moeten erkennen dat er grote vragen zijn en dat die vermoedelijk – en stiekem zeg ik: hopelijk – steeds weer de kop zullen opsteken.

Naast een open houding is het daarom handig om enig verstand te hebben van hoe de wetenschap werkt. ForumC heeft vier cursussen ontwikkeld rond geloof en wetenschap. Er zijn cursussen voor tieners (Check it Out, zes grote vragen voor hart en hoofd), voor studenten (Durf te Denken) en voor gespreksgroepen in kerken (Test of Faith) en daarnaast is er een tweedelig college over natuurwetenschap en geloof van professor Chris Kruse. In elk van de cursussen zit een deel over wat de status van de wetenschap is.

God van de gaten

Wetenschappers zijn, zoals een christelijke breinwetenschapper pas opmerkte, ‘de nieuwe dominees’. In de ogen van velen verkondigen zij wat waarheid is en wat niet. En inderdaad, wetenschappers hebben wat te zeggen. We kunnen hen niet zomaar wegzetten onder het mom van: wetenschap is ook maar een mening. Wetenschap is een methode om betrouwbare kennis te krijgen over hoe onze werkelijkheid in elkaar zit. Christenen doen daar volop aan mee. En christenen en atheïsten komen over het algemeen tot dezelfde conclusies.

God is er niet om de zaken die we niet begrijpen te verklaren

Wetenschap gaat daarbij niet over waarheid, maar over een beschrijving en verklaring van de werkelijkheid. Daarbij mag ze volgens de spelregels geen rekening houding met God, wonderen of bovennatuurlijke verklaringen. Chris Kruse verwoordt het fraai: ‘Geloof is een zeker weten van zaken die je niet ziet, wetenschap is een onzeker weten van zaken die je wel kunt zien.’ Zo’n beschrijving is natuurlijk niet het einde van alle tegenspraak, maar het zegt wel veel.

Christenen moeten ervoor oppassen dat ze van God een ‘God van de gaten’ maken. Bij veel mensen leeft de angst dat hoe meer de wetenschap ontdekt, hoe kleiner God wordt. Maar hoe meer wetenschappers ik spreek en hoe meer ik zelf wetenschap bedrijf, hoe duidelijker het me wordt dat dat een grote misvatting is. God is er niet om de zaken die we niet begrijpen te verklaren. God was bijvoorbeeld voor de ontdekking van de wet van de zwaartekracht niet een groter God, omdat Hij alles naar beneden liet vallen. En God wordt niet kleiner als we nu enigszins beginnen te begrijpen hoe in ons brein miljarden synapsen met elkaar communiceren. God is de schepper, de bedenker, en wij mensen, wetenschappers of niet, mogen dat allemaal gaan ontdekken. Bij ons als mens, als gelovige en als wetenschapper kan dat tot verwondering leiden.

Als Jezus zowel God als mens kan zijn, dan geeft dat aan dat we heel veel niet zullen begrijpen. Er gaat meer boven de pet dan eronder, zoals de twintigste-eeuwse filosoof T. Hermans ooit treffend zei.

En nu?

Voor een kerkelijke gemeenschap zijn er heel wat manieren om de lastige én mooie vragen rond wetenschap bij de kop te pakken. Een paar suggesties.

1. Weet u welke vragen er leven? Doe een online enquête, waarin ieder gemeentelid zijn of haar drie grootste vragen stelt.
2. Nodig een wetenschapper uit uw kerk of daarbuiten uit om wat te vertellen.
3. Oriënteer u op de cursussen van ForumC of anderen organisaties.
4. Bedenk een wedstrijd voor de gemeente of specifiek voor de tieners in de gemeente: wat is de spannendste vraag die het geloof in God ondermijnt? De vervolgwedstrijd: in welke richting moeten we het antwoord zoeken?
5. Bespreek in kringverband waar we bang voor zijn bij wetenschappelijke ontdekkingen. Dat God kleiner wordt, dat ons geloof verandert, dat onze overtuigingen of tradities onder druk komen te staan, dat de betrouwbaarheid van de Bijbel minder wordt, iets anders?
6. Organiseer een leerdienst waarin een vraag van een gemeentelid over wetenschap aan bod komt, al dan niet met medewerking van een wetenschapper.

Over de auteur
Cors Visser

Cors Visser (CGK) is socioloog en directeur van ForumC (www.forumc.nl).

‘Met jezelf bezig zijn doe je ook voor een ander’

‘Met jezelf bezig zijn doe je ook voor een ander’

Arie Kok
  • Ontmoeting
  • Thema-artikelen
Schoonheid in de ogen van God

Schoonheid in de ogen van God

Alain Verheij
  • Beschouwing
  • Thema-artikelen

Reageer op dit bericht

Meld je aan voor onze gratis nieuwsbrief