‘Jezus zelf was heel theatraal’
- Interview
- Special 2022
- Thema-artikelen
Een verhalenverteller was Nannette Poortinga altijd al. Op de basisschool had ze haar eigen tijdschrift mét roddelrubriek. Ook nu is vrijwel alles wat ze meemaakt voer voor een verhaal. Na de middelbare school koos ze vol overtuiging voor de studie theologie, maar al snel ontdekte ze dat ze haar verhalen beter via theatervloer dan kansel kwijt kon. ‘In het theater mag je alles zeggen, in tegenstelling tot de kerk waar toch vaak een soort censuur is.’ Een gesprek over rauwheid, zintuigen en emoties en wat de kerk van het theater kan leren.
‘Zodra ik kon schrijven, wilde ik schrijver worden,’ vertelt Nannette mij in de prettig lichte woning in Den Bosch waar Nannette woont met haar echtgenoot en hun driejarige dochter. ‘Zelfs als ik zoals afgelopen zomer in de bergen wandel, draaien de radertjes al in mijn hoofd en ben ik het in een verhaal aan het gieten. Soms is het ook een overlevingsstrategie.’ Zo verwerkt Nannette de ingrijpende ervaring van miskramen tot blogs, theatervoorstelling Mis en werkt ze momenteel ook aan een boek over dit thema. ‘Ik schrijf hoe de miskramen mij hebben gevormd, maar ook wat ik leerde over rouwen en om ruimte te maken voor verlies. Dan ontdek je dat er ook mooie dingen gebeuren. Het is niet alleen een verdrietig boek, maar ook liefdevol en grappig.’
Rauw

Fotograaf Sahil Aamir
De veelkleurigheid van verhalen, waarbij ook ruimte is voor wat rauw is in het leven, mist Nannette weleens in de kerk. Nadat ze voor het eerst een miskraam kreeg, ging ze hierdoor lange tijd niet naar de kerk. ‘Er waren veel lieve gelovigen die goedbedoeld zeiden: “Je kindje is nu in de hemel. God zorgt vo
or jullie.” Maar daar kon ik niks mee. Het klopte totaal niet met mijn ervaring. Ik kon het echt niet aanhoren dat het steeds maar rond gepraat werd. Dat speelt misschien wel extra in de gereformeerde traditie. Dat alles uiteindelijk kloppend wordt gemaakt. Mag gebrokenheid benoemd worden en er zijn? Pas als dat erkend wordt, ben je niet meer zo alleen. Dat is voor mij juist het Evangelie: in gebrokenheid naast elkaar staan en samen op weg zijn.’
Ruimte
Ruimte zoeken voor het hele verhaal is de voornaamste reden waarom Nannette al tijdens haar studie theologie begint met de opleiding theater. ‘Ik stapte een heel andere wereld binnen dan waar ik tot mijn eenentwintigste inzat. In het theater heb je een vlakke zwarte vloer waarop je alles mag zeggen. Alles. Ook dingen die niet waar zijn of die schuren. In de kerk is dit toch ingewikkelder. Daar zijn vaak ongeschreven regels.’ Hoe bevrijdend theater kan werken, ontdekt Nannette als ze haar eerste voorstelling maakt. ‘Een monoloog over mijn zoektocht naar God. Voor het eerst durfde ik op een podium toe te geven dat ik het allemaal niet wist. Ik ontdekte dat die eerlijkheid werkte. Het kwam aan en raakte mensen. Terwijl als ik aan ‘standaard’ preken denk, dit vaak verhalen zijn vol zekerheid over hoe God is en hoe het allemaal zit. Het zijn eigenlijk twee uitersten. Ik snap dat je als kerk iets wilt delen over wie God is, maar geef ook ruimte aan de ervaring van mensen, een ervaring van twijfel en zoeken. Ik ben een volstrekte zoeker en twijfelaar. Als ik altijd van mezelf zou verlangen dat ik het zeker zou moeten weten, zou ik een heel ongelukkige gelovige zijn. Maar sinds ik mijn vragen en twijfels omarm, werkt het weer voor mij.’
Gereedschap
Hoewel Nannette theologie inruilde voor theater, duiken geloof en theologie steeds weer op in haar theaterwerk. ‘Mijn afstudeerscriptie ging over: hoe zorg je ervoor dat kerkdiensten theatraler worden? En in mijn eerste theaterstuk ging ik in op de vraag: waarom ben ik geen dominee geworden? Daarnaast werk ik ook bij de Vliegende Speeldoos die musicals maakt over bijbelverhalen. Theologie en theater zijn dus heel mooi samengekomen. Theologie hoort bij mijn inhoud, maar de vorm die ik kies, is theater.’ Pratend over het onderwerp van haar afstudeerscriptie veert Nannette ineens op. ‘De conclusie van mijn onderzoek was dat er in de theaterwereld een schuur vol gereedschap ligt dat je kunt gebruiken in de kerk. Maar het ligt daar maar ongebruikt. Ik snap dat echt niet. Ik weet niet hoe het nu is, maar in mijn studietijd werden er pas in de laatste fase van de studie een paar lessen theater gegeven.’ Waar ze steeds haar woorden rustig zoekt en afweegt, verheft ze nu haar stem. ‘Dat is veel te weinig en veel te laat! Hoe kan het dat je als dominee een paar dagen per week tekstueel bezig bent met het voorbereiden van je preek, maar geen aandacht besteedt aan hoe je je verhaal overbrengt? Wat dat betreft vind ik de opleiding theologie echt niet goed ingericht.’
‘In de theaterwereld ligt een schuur van gereedschap dat je kunt gebruiken in de kerk’
Annemarie van den Berg-Nap is journalist en cultureel antropoloog.