Rens Snoep woekert met weinig tijd

Elise Lengkeek | 23 juni 2018
  • Interview
  • Ontmoeting

Hij is 32 jaar, echtgenoot, vader van drie jonge kinderen, druk met drie banen en meelevend lid van de GKv Den Haag-Zuid. Rens Snoep is kennelijk zo’n dertiger die kans ziet al die ballen in de lucht te houden. Hoe doet hij dat zonder burned-out te raken? Wie is hij? Wat drijft hem?

Rens Snoep: ‘In de gesprekken met de jongeren ben ik volkomen op m’n gemak. Ik ben eerlijk, draag geen masker, heb ook geen verborgen agenda. Vaak komen we toch uit bij Jezus, maar dat hoeft niet.’ (beeld Loïs Haak)

Rens Snoep: ‘In de gesprekken met de jongeren ben ik volkomen op m’n gemak. Ik ben eerlijk, draag geen masker, heb ook geen verborgen agenda. Vaak komen we toch uit bij Jezus, maar dat hoeft niet.’ (beeld Loïs Haak)

We hebben afgesproken op Centraal Station Den Haag. Hij haalt me af van de trein. Zijn ontspannen manier van lopen valt op. Rens stelt voor om verder te praten in de StationsHuiskamer, een grand café met een feelgood loungekarakter, speciaal voor reizigers.

Al snel begrijp ik dat hij vandaag als missionair werker in een Haagse achterstandswijk zijn eigen tijd kan indelen. Het is een baan van zestien uur, verspreid over de week, die hem kennelijk voldoende ruimte laat voor bijvoorbeeld dit interview.

Je woont en werkt nu in Den Haag. Ben je hier opgegroeid?
‘Nee, ik kwam hier hoogstens af en toe voor een bezoekje aan het strand of aan de stad. Ik ben namelijk geboren in Leidschendam en getogen in Zoetermeer, dat hier redelijk dichtbij ligt. Na mijn mbo-opleiding internationale handel- en groothandel was ik ook wel klaar met Zoetermeer. Ik wilde echt iets heel anders.’

Ben je na je studie meteen aan het werk gegaan?
‘Het liep anders dan ik van plan was. Ik was best een commerciële jongen, maar al tijdens mijn mbo-studie sloeg ik om als een blad aan een boom. Ik was al een tijd zoekende en serieus bezig met het geloof. Maar tijdens een EO-Ronduitconferentie in Dalfsen kwam ik echt in aanraking met God. Ik verlangde er vanaf dat moment steeds meer naar mezelf te ontwikkelen op geestelijk terrein.’

Wat is er dan tijdens die conferentie voor bijzonders gebeurd?
‘Van huis uit was ik niet gewend om vanuit mijn emoties en mijn gevoel te leven en te denken. Ik kom uit een warm nest, met een zus en een broer boven mij, maar over gevoelens en geloof werd niet veel gesproken. Op die bewuste EO-conferentie – ik was een jaar of 17 – raakte ik enorm geëmotioneerd door het offer van Jezus. Ik had vaak gebeden: ‘Heer, als U echt voor mij bent gestorven, laat me dan huilen.’ Tijdens de aanbiddingsdienst viel ik op m’n knieën. Diep van binnen voelde ik een enorm verdriet opkomen over wie ik tot dusver was geweest, maar ik ervaarde ook intense vreugde.

Ik maak makkelijk en spontaan contact en heb graag mensen om me heen, maar doordenken over moeilijke vragen of problemen deed ik niet. Totdat ik tijdens dat conferentieweekend God voor het eerst echt binnen voelde komen. Ik realiseerde me toen pas de impact van het feit dat Jezus voor mij is gestorven. Vanaf dat moment verslond ik de Bijbel. In de periode daarna heb ik veel nagedacht over wat ik verder wilde gaan doen met mijn leven.’

‘Ik haak niet af als ze weer eens met de politie
in aanraking zijn geweest’

Je hebt nu drie banen. Waarom bleef het niet bij je eerste baan?
‘Het is gewoon zo gelopen. Na mijn mbo-examen wilde ik mezelf verder ontwikkelen. Na een jaar werken koos ik voor de post-hbo-opleiding Zending & Evangelisatie aan de Wittenberg in Zeist, een community waar je intern woont en gevormd wordt in je geloof. Het was best een pittige studie. Maar de opleiding opende m’n ogen voor heel andere waarden dan die uit de wereld van de commercie, waarin ik was opgeleid. Ik leerde er bovendien de liefde van mijn leven kennen: Loïs. Door haar en mijn studie veranderde ik pas echt in iemand die bereid is zijn hart te delen in plaats van er een moordkuil van te maken.

Na de Wittenberg koos ik ervoor om hbo-theologie aan de Christelijke Hogeschool in Ede te gaan studeren. We wilden op een gegeven moment graag trouwen, maar om in ons levensonderhoud te voorzien én mijn studie te kunnen bekostigen, die in deeltijd nog vier jaar zou duren, moesten we allebei werk zoeken. We baden God om een plek waar we missionair bezig zouden kunnen zijn. Dat werd Den Haag. Ik had in Zoetermeer al een baan voor drie dagen in de week. Momenteel ben ik daar nog steeds werkzaam als bedrijfsleider bij een groothandel voor de horeca. Loïs kreeg een baan in de kinderopvang. We waren dankbaar voor de gegeven mogelijkheden, maar het was nog niet de invulling van ons missionaire verlangen!’

En daar bleef het dan ook niet bij…
‘Inderdaad, want juist toen ik in een enorme motivatiedip zat in het één-na-laatste jaar van mijn studie, kwam Stichting Steunpunt Geestelijke Zorg met de vraag of ik geestelijk verzorger wilde worden in een gesloten jeugdzorginstelling. Het is een instelling voor jongeren met ernstige gedragsproblematiek en lichte verstandelijke beperkingen in de leeftijd van 12 tot 18 jaar. Het ging om een baan van slechts vier uur per week. Het verzoek kwam precies op het goede moment. Dat was in 2013. Ik heb er geen dag spijt van gehad dat ik die kans toen met beide handen heb aangegrepen.’

Was je er wel klaar voor om met jongeren te werken die moeite hebben met grenzen en goede omgangsvormen?
‘Ik ben er gewoon naartoe gegaan en ben het gesprek aangegaan, volkomen op m’n gemak. Ik ben eerlijk, draag geen masker, heb ook geen verborgen agenda. Als ik die jongeren persoonlijk ontmoet, ben ik er honderd procent voor ze. Ik luister en oordeel niet als ze ergens mee zitten en daarover willen praten. Onze gesprekken komen soms niet verder dan onderwerpen als voetbal of joints roken, maar meestal gaan we echt de diepte in, over thema’s als zelfmoord, het leven, de toekomst, relaties, ouders, identiteit, geloof en Jezus.

Vaak komen we toch uit bij Jezus, maar dat hoeft niet. Veel belangrijker vind ik dat ze iemand tegenover zich hebben die niet onder de indruk is van stoere taal, gore opmerkingen of agressief verbaal geweld. Een ontwapenende opmerking of wat humor helpen vrijwel altijd om het ijs te breken. En ik haak niet af als ze weer eens met de politie of justitie in aanraking zijn geweest of andere problemen hebben gehad. Ik blijf onverstoorbaar en juist die stabiliteit schept rust. Bovendien heb ik ongelofelijk veel plezier in mijn werk daar. Dat merken ze ook meteen.’

Rens Snoep (op de foto tijdens de kidsclub): ‘“Onze” wijk is een beetje vergelijkbaar is met de bekende Haagse Schilderswijk. Ook hier is veel behoefte aan liefdevolle aandacht.’ (beeld M. Schep)

Rens Snoep (op de foto tijdens de kidsclub): ‘“Onze” wijk is een beetje vergelijkbaar is met de bekende Haagse Schilderswijk. Ook hier is veel behoefte aan liefdevolle aandacht.’ (beeld M. Schep)

Heb jijzelf ook iets geleerd van deze jongeren?
‘Nou en of. Bijvoorbeeld dat liefde en stabiliteit cruciaal zijn bij het opgroeien van kinderen. Vanuit mijn werk als geestelijk verzorger probeer ik dat naar vermogen te bieden aan deze getraumatiseerde jongeren. Het omgaan met zo’n kwetsbare groep heeft me er ook bewust van gemaakt hoe belangrijk het is om geregeld thuis te zijn voor mijn drie kinderen. Ze zijn nu 6, 4 en 2 jaar en wij willen ouders zijn die echt aandacht voor hen hebben. Toen ik in 2016 het verzoek kreeg om missionair werker te worden in de achterstandswijk Bouwlust-Vrederust, hebben we besloten dat Loïs haar baan zou opgeven om thuis bij de kinderen te kunnen zijn.’

Dat werd dus je derde baan. Wil je daar iets meer over vertellen?
‘Ik werd gevraagd om missionair werker/pionier te worden in een missionair project – een initiatief van de GKv, CGK en NGK in Den Haag-Zuid. Het ging in eerste instantie om een fulltime functie, maar ik wilde in deze baan per se niet meer dan zestien uur werken. Na een lang traject met behoorlijk wat tegenslag, kon ik uiteindelijk toch van start gaan in een duobaan. “Onze” wijk is een beetje vergelijkbaar is met de bekende Haagse Schilderswijk: 65 procent is niet-westers allochtoon, 10 procent is westers allochtoon en de rest is autochtoon. Ook hier is veel behoefte aan liefdevolle aandacht.

‘Met sociale media houd ik me helemaal niet bezig’

We runnen inmiddels een inloophuis, waar mensen terecht kunnen voor een kop koffie en een goed gesprek. Er is een kidsclub en we organiseren geregeld een maaltijd voor de wijkbewoners. Verder verzorgen we burenhulp, hulp bij schuldsanering en zijn we betrokken bij verschillende andere activiteiten in de wijk. Dit doen we samen met een team van vrijwilligers. Het doel is om aan gemeenschapsvorming te doen.

Dat ik nu mijn theologieopleiding en de ervaring die ik in mijn diverse stages in binnen- en buitenland opgedaan heb, kan gebruiken in deze functie vind ik geweldig. Toch kunnen we lang niet alle problemen oplossen. In veel gevallen moeten we verwijzen naar andere instanties.’

Veel dertigers krijgen te maken met het zogeheten dertigersdilemma: een identiteitscrisis die vaak uitmondt in een depressie of burn-out. Jij hebt drie banen en een gezin, maar lijkt daar helemaal geen last van te hebben. Hoe houd jij al die ballen in de lucht?
‘Allereerst: ik doe alles wat ik aanpak met ontzettend veel plezier. Dat geldt ook voor mijn drie banen. Ik geniet van de mensen die ik binnen die settings ontmoet, maar ik heb ook moeten leren om grenzen te trekken. Van nature ben ik een ongelofelijke optimist. In het rijpingsproces naar mijn volwassenheid was het wel een opgave om realistischer te worden over wat haalbaar is en wat niet. Met sociale media houd ik me daarom helemaal niet bezig. Ik heb er geen tijd voor en ik ontmoet liever de “echte” mensen. Wat ik wel jammer vind, is dat ik minder toekom aan een sociaal leven met vrienden. Vanwege mijn drukke werk hebben we er bewust voor gekozen zo veel mogelijk tijd door te brengen met elkaar en met de kinderen. Mijn focus is in alles gericht op Jezus.’

Hoe kijk jij naar de toekomst van je eigen kinderen, gelet op alles wat je meemaakt in je wijk en met de jongeren die je begeleidt?
‘Soms is wat op me afkomt heel beklemmend, maar ik geloof heilig in Gods liefde. Die staat centraal in ons leven en dat van onze kinderen. Juist omdat zij geboren zijn, ben ik ervan overtuigd dat God verder gaat met deze wereld. Het geloof in Jezus Christus geeft hoop!’

Webtips
www.ssgz.nl
www.leveninzuidwest.nl

Over de auteur
Elise Lengkeek

Elise Lengkeek publiceert literaire non-fictie, is tekstschrijver en journalist.

‘Niemand van ons weet hoe het zit’

‘Niemand van ons weet hoe het zit’

Arie Kok
  • Reportage
  • Thema-artikelen
Slim zijn ze, wie maakt ze wijs?

Slim zijn ze, wie maakt ze wijs?

Alexandra Matz
  • Beschouwing
  • Thema-artikelen

Reageer op dit bericht

Meld je aan voor onze gratis nieuwsbrief