Verantwoordelijkheid dragen. Zorgen we voor een veilige kerk?

Marianne Bronsveld | 8 maart 2024
  • Algemeen
  • Opinie

‘Ik wil gerust een jongerengroep leiden, maar daarvoor wil ik geen Verklaring Omtrent Gedrag (VOG) aanvragen.’ Of: ‘Al die regels vind ik niet nodig, we kunnen zelf wel nadenken. Ik teken de gedragscode niet.’

 In de maatschappij is het al jaren normaal: het aanvragen van een VOG. Bovendien zijn er in elke werksituatie regels waaraan we ons moeten houden. Met het ondertekenen van je arbeidscontract stem je in met de regels die erin staan en leg je  een VOG voor. Dit is in de kerk echter een ingewikkeld vraagstuk. Er wordt gezegd: ‘We kennen elkaar immers allemaal. Bovendien is er vergeving in de kerk. Een VOG is slechts een schijnveiligheid, want wat zegt deze verklaring over hoe iemand zich nu gedraagt? Bovendien is tekenen van een gedragscode een veel te zwaar instrument!’

Op goed vertrouwen

In een grote gemeente, ergens in Nederland. Peter is een van de leiders van de tienerclub. Hij heeft onlangs een uitje georganiseerd en heeft hierbij geld voorgeschoten. Het ging om een bedrag van 75 euro in totaal. Peter stuurt een e-mail naar de penningmeester met de vraag of hij het geld terug wil storten. ‘Dat kan’, antwoordt de penningmeester, ‘maar dan heb ik wel het bonnetje nodig en graag ook een akkoord van de jeugdouderling.’ Dat doet Peter. De jeugdouderling geeft akkoord en het geld wordt terugbetaald. Aan het einde van het jaar is het tijd voor de kascontrole. De penningmeester maakt alle gegevens in orde en bereidt zich voor op de controle. Twee kerkenraadsleden bekijken de inkomsten en uitgaven nauwkeurig. Is alles wel goed gegaan? Heeft de penningmeester niets achtergehouden? Op deze manier is het bonnetje en de betaling van Peter door vier mensen gezien en gecontroleerd.

Tegelijkertijd is in dezelfde gemeente dit jaar een ambtsdragersverkiezing gehouden. Marijn was een van de twee mensen in een dubbeltal. Hij zit nu ongeveer vijf jaar in de gemeente. Daarvoor woonde hij ergens anders. Hij heeft een netwerk binnen de gemeente, omdat hij actief meedoet. Het verraste dus ook niemand dat hij als wijkouderling verkozen werd. Na zijn inzegening begon Marijn aan huisbezoeken. In zijn wijk wonen veel alleenstaande ouderen en ook een aantal mensen die psychische zorgen hebben. Marijn krijgt in de overdracht te horen dat het goed zou zijn deze mensen iets vaker te bezoeken. Dat doet Marijn daarom ook.

U moet u inloggen om dit artikel te bekijken. Inloggen om toegang te krijgen.

‘Niemand van ons weet hoe het zit’

‘Niemand van ons weet hoe het zit’

Arie Kok
  • Reportage
  • Thema-artikelen
Slim zijn ze, wie maakt ze wijs?

Slim zijn ze, wie maakt ze wijs?

Alexandra Matz
  • Beschouwing
  • Thema-artikelen

Reageer op dit bericht

Meld je aan voor onze gratis nieuwsbrief