Multifunctioneel gebruik van kerkgebouwen
- Beschouwing
- Thema-artikelen
Als een kerkgemeenschap zich bezint op meervoudig gebruik van het kerkgebouw, klinkt snel de vraag: ‘Wat kan er in een kerkgebouw?’ Het is een vraag naar mogelijkheden, maar ook naar afbakening – wat kan er niet? De vraag kan gaan over wat een ruimte aankan qua veiligheid, faciliteiten of logistiek. Maar meestal gaat ze over onze ervaring van de ruimte en het gebruik. Stroken onze ideeën met de bedoeling van het gebouw? Hoe krijg je oog voor die verschillende aspecten? Hoe kun je het hier als kerkenraad of met medegebruikers op een vruchtbare manier over hebben, zodat je de mogelijkheden blijft zien?
Het is een vraag waarvoor geen algemeen beleidsstuk of checklist te maken is. Het specifieke gebouw zelf doet namelijk volop mee in de discussie door de eigen plek in de omgeving, in de tijd en in de maatschappij. Het is behulpzaam om niet te beginnen met abstracte (theologische of culturele) visies op ‘kerkgebouwen’ of met een pakket van eisen of afspraken. Om recht te doen aan de vraag: wat gaat er samen in een kerkgebouw? helpt het om eerst te kijken: wat komt er samen in dit kerkgebouw? Je neemt dan eigenlijk de plek, het gebouw, als lens.
Blikrichtingen
Auteurs die zich hebben beziggehouden met theorievorming rondom plaats en ruimte, zoals Henri Lefebvre en Kim Knott, onderscheiden verschillende dimensies of aspecten van plaats. Op basis daarvan kun je verschil maken tussen: