De geografie van het geloof
- Blog
Onlangs las ik Deuteronomium 1-3 in voorbereiding op een les die ik moest geven aan een plaatselijke bijbelschool. Ik verbaasde me weer over de vele geografische namen die in deze hoofdstukken langs komen. Een paar herkende ik, andere niet. Horeb, Kades-Barnea en de rivier de Jordaan, om er een paar te noemen, riepen allerlei herinneringen op aan gebeurtenissen die beschreven worden in het Oude Testament. Maar namen als Tofel, Laban, Chaserot en Di-Zahab zeiden me niets (Deuteronomium 1:1-5).
Maar in de Bijbel hebben plaatsnamen een eigen functie in het verhaal over de geschiedenis van God met de wereld. Plaatsnamen roepen herinneringen op aan belangrijke gebeurtenissen die een rol blijven spelen ook lang nadat ze plaatsgevonden hebben. Een eigentijds voorbeeld: als de plaatsnaam Wittenberg langskomt, denk ik onmiddellijk aan Maarten Luther die daar in 1517 zijn ‘95 stellingen’ op de deur van de slotkapel spijkerde. Hier komen geloof en geografie samen. Zo kunnen we ook van geloofstoerisme spreken, als we zulke heilshistorisch belangrijke plaatsen gaan bezoeken. Zo aards is ons geloof ook.
Plaatsnamen in het Oude Testament
Die onbekende plaatsnamen in Deuteronomium 1:1 verwijzen, denk ik, naar Israëls reis van Horeb naar Kanaan, het land door God al vierhonderd jaar geleden beloofd aan de patriarchen Abraham, Isaak en Jakob. De reis hoefde niet te lang te duren. Vanaf Horeb naar de zuidgrens van het land was elf dagen reizen. Het nam achtendertig jaar om uit te komen bij de oostgrens van het land. Daar hield Mozes zijn afscheidspreken die Israël voorbereidden op hun leven in het beloofde land. Twee plaatsnamen die Mozes regelmatig noemt zijn Horeb en Kades-Barnea. Ook de naam Baäl-Peor noemt hij in hoofdstuk 4:3, terwijl hij veel aandacht besteedt aan het land aan de oostkant van de Jordaan waar de koningen Sihon en Og regeerden. Al deze namen verwijzen naar belangrijke gebeurtenissen gedurende Israëls veeljarige tocht naar het beloofde land; namen die zij niet mochten vergeten op hun reis de toekomst in het beloofde land tegemoet. Een paar korte opmerkingen over een paar plaatsnamen met grote betekenis voor Israël, zelfs voor ons vandaag. Israël toen en wij vandaag volgen dezelfde route naar het komende Rijk van God.
Israël toen en wij vandaag volgen dezelfde route naar het komende Rijk van God
Horeb, de ‘berg van God’: hoeveel herinneringen roept deze naam niet op? Hier sloot God zijn verbond met Israël en gaf het de tien geboden als richtingwijzers voor haar reis door de heilsgeschiedenis. Zonder Mozes als hun middelaar zou God het volk uitgeroeid hebben na de zonde met het gouden kalf (Exodus 32-34). Maar ze mocht verder op weg naar het beloofde land dat vanaf Horeb onder handbereik was (Deuteronomium 1:2). Maar daar aan de zuidgrens van het land ging het helemaal mis. De naam Kades-Barnea bleef Israël de geschiedenis door achtervolgen. Zij weigerde daar het land binnen te trekken en in bezit te nemen ondanks Gods belofte van hulp en bijstand in de strijd die zou volgen. In zijn preken aan de oostgrens van het land achtendertig jaar later noemde Mozes die namen om het volk voor te bereiden op hun leven in het land. ‘Horeb’ stond voor Gods liefde en genade, ‘Kades-Barnea’ voor zijn oordeel. Zo zou het ook blijven: Israëls reis door de heilsgeschiedenis was er een van vallen en opstaan, terwijl God trouw bleef aan zijn beloften, tot op vandaag toe. Want de geschiedenis waarin Horeb en Kades-Barnea een rol speelden is dezelfde geschiedenis die God met ons gaat de toekomst tegemoet. Of denk aan Baäl-Peor in het land van Moab. Daar diende Israël, dronken en met sexuele uitspattingen (Numeri 25), de afgoden van Moab. Ook die plaatsnaam maakt deel uit van Gods geschiedenis met de kerk van alle eeuwen. Alcohol en seks spelen nog altijd in de kerk van God een onterende rol, juist ook onder voorgangers.
Plaatsnamen in de kerkgeschiedenis
Een paar plaatsnamen uit de kerkgeschiedenis. Ik denk aan Nicea waar in 325 na Christus een geloofsbelijdenis werd opgesteld die tot op vandaag in de meeste kerken wereldwijd wordt erkend. Wie Genève bezoekt, komt daar nog een standbeeld tegen met leiders van de Reformatie in de zestiende eeuw, onder wie Johannes Calvijn. Deze stad was een van de eersten waar de Reformatie handen en voeten kreeg in het bestuur en de samenleving. De boeken die Calvijn schreef, worden nog steeds overal gelezen.
Bij Dordrecht denk ik aan de Generale Synode van de Gereformeerde Kerk die daar in 1618-1619 samenkwam en de Dordtse Leerregels opstelde die nog altijd een plaats hebben in kerken van gereformeerde signatuur. In onze eigen kerkgeschiedenis (NGK) roepen plaatsnamen als Ulrum, Utrecht, Kampen of Amsterdam ook allerlei herinneringen op, verbonden met namen als de Cock, Kuyper en Bavinck of ook Schilder. Goed, ik vermoed dat de jongere generaties hier zullen afhaken. Niettemin horen ook deze plaatsnamen, en vele andere, tot de ene heilsgeschiedenis die God ooit begon met de roeping van Abraham en definitief op koers hield met Jezus van Nazaret die in Bethlehem geboren werd, waarlijk God en waarlijk mens. In deze aardse werkelijkheid is God aan het werk, vertegenwoordigd door zijn kinderen die de heilige Geest ontvangen hebben, juist om in de aardse modder van de geschiedenis Hem te dienen.
Aardrijskundeleraren
Iemand had het eens in verband met de bijbelse plaatsnamen over de geografie van het geloof. Maar zonder bijbelse aardrijkskundeleraren blijven we die namen overslaan in onze bijbellezingen. Hoe vaak komen we in Deuteronomium niet de werkwoorden onderwijzen, leren, herinneren en onthouden tegen! Nergens indrukwekkender dan in Deuteronomium 6:4-9. De kinderen en kleinkinderen moeten onderwezen worden in wie God de Heer is: volstrekt uniek en onvergelijkelijk. Geloofsgeografie staat op het lesprogramma van elk christelijk gezin en elke christelijke kerk. Het is onmisbaar voor een levend geloof!
Ds. Bob Wielenga is emeritus predikant van de NGK Kampen en woonachtig in Zuid-Afrika.