Psalmen vernieuwen onze verlangens
- Thema-artikelen
Psalmen zijn liederen van verlangen. God leert ons ermee waar we naar moeten verlangen. Vaak gaat dat tegen onze eigen verlangens in en daardoor zijn psalmen soms wat tegendraads. Maar het zingen ervan tilt je boven jezelf uit. Want ook al zijn het woorden van mensen als David, Korach en Asaf, God zelf legde hun die woorden in de mond.
Al eeuwenlang zingen christenen psalmen. Het is één van de kenmerken van onze gereformeerde traditie. Maar waarom eigenlijk?
Christenen hebben de psalmen altijd gezien als liederen waardoor God onze verlangens omvormt. Hij leert ons bidden door middel van de psalmen. Maar in onze tijd is het niet meer vanzelfsprekend om op die manier tegen aanbidding aan te kijken.
Filosoof James Smith schrijft in You are what you love dat we aanbidding tegenwoordig vooral ervaren als een vorm van zelfexpressie. We hebben bepaalde religieuze emoties die we willen uiten en we zoeken liederen die daarbij passen. De primaire vraag is of die liederen een adequate expressie zijn van onze spiritualiteit. Het moet authentiek zijn. Als we God aanbidden, geven we immers iets van onszelf aan Hem.
In de klassiek-christelijke traditie draait aanbidding niet allereerst om zelfexpressie, maar om vorming door God zelf. Wij weten uit onszelf niet wat goed is om van God te vragen, want ons verstand en onze wil zijn bedorven door de zonde. Daarom hebben we het nodig dat Hij ons leert bidden. En dat doet Hij door ons zelf gebeden in de mond te leggen, die door zijn eigen Geest zijn geïnspireerd. Dat zijn de psalmen. Door het lezen en bidden daarvan vernieuwt de Geest van Christus ons verstand en onze verlangens.
In zijn voorwoord op het Geneefse Psalter van 1543 brengt Calvijn deze gedachte treffend onder woorden. Hij zegt dat bij het zingen van psalmen ‘God zelf als het ware in ons zingt om zijn glorie te verhogen’. Calvijn spoort zijn lezers aan om er een gewoonte van te maken de psalmen te zingen als ‘een oefening waardoor we ons verenigen met het gezelschap van de engelen’. Door het zingen van de psalmen verlost God ons van onze afgoderij met onszelf en met de wereld om ons heen, en oefent Hij ons (en wij onszelf) om samen met de engelen in de hemel onze vreugde te vinden in het prijzen van Hem.
Corrigeren
Hoe werkt dat in de praktijk? Laat ik dat illustreren aan de hand van Psalm 73. De dichter van die psalm vertelt hoe hij jaloers was op de goddelozen. Het lijkt erop dat het alleen maar beter met je gaat als je de Heer verlaat, terwijl je het als gelovige heel moeilijk kunt hebben, juist vanwege je trouw aan de Heer.
Wat opvalt, is dat de dichter zijn gevoel van jaloezie niet wegdrukt, maar er woorden aan geeft (vers 3-14). Later zegt hij weliswaar dat deze houding niet getuigde van wijsheid (‘ik was een redeloos dier bij U’), maar toch geeft hij er woorden aan. Dat zegt iets over hoe God door middel van de psalmen onze emoties omvormt. Hij duwt ze niet weg. Hij geeft woorden om ze te uiten. Tegelijkertijd worden die emoties niet verabsoluteerd. Zelfexpressie is geen doel in zichzelf. De dichter laat zijn ervaring corrigeren door Gods wijsheid, die hij leert in het heiligdom (vers 17). Daar ziet hij hoe het afloopt met de goddelozen. Hun weg zonder God loopt dood, en dat zal blijken als God zelf komt oordelen. ‘Hij vaagt hen weg als een droom’ (vers 20).
Daartegenover staat dat de dichter zich verzekerd weet van Gods genadige zorg. ‘Ik zal voortdurend bij U zijn. U hebt mijn rechterhand gegrepen. U zult mij leiden door uw raad, daarna zult U mij in heerlijkheid opnemen’ (vers 23-24). Door dit onderwijs veranderden de emoties en verlangens van de dichter. Hij ontdekte dat wie de Heer niet heeft, uiteindelijk geen blijvende toekomst heeft, en dat wie de Heer wel heeft, in Hem alles bezit wat zijn hart verlangt. Zijn jaloezie is veranderd in dankbaarheid en hij strekt zich uit naar het moment dat zijn geloof overgaat in zien.
Tegengif
Deze omvorming van onze verlangens kun je op nog veel meer thema’s uit de psalmen toepassen. Met David kun je bijvoorbeeld je schuld voor Hem belijden (Psalm 32 of 51). Misschien voel je je niet altijd zo schuldig als je die woorden van David in de mond neemt, maar kennelijk wil God ook in ons het besef van schuld en het verlangen naar vergeving wakker roepen. En dat doet Hij door ons die woorden te laten zingen.
In sommige psalmen leer je ook bidden om Gods oordeel over zijn vijanden. Dat voelt vreemd aan voor westerse mensen, voor wie individuele vrijheid het hoogste goed is. Maar daardoor leer je om Gods recht op het leven van elk mens in het middelpunt te zetten. Ook zijn recht op je eigen leven. Hij leert je verlangen naar de komst van zijn koninkrijk, niet uit haat voor je medemens, maar uit liefde voor God zelf.
Ik denk dat het juist in onze tijd heel heilzaam is om zo de psalmen weer te leren zingen: als de liederen waardoor God ons verstand verlicht en onze wil vernieuwt. Het is een tegengif tegen één van de centrale dogma’s van onze cultuur: dat wat er leeft in ons eigen hart per definitie goed is en uitgeleefd moet worden. Wat is het geweldig dat de schepper van hemel en aarde ons niet overlaat aan ons verdwaalde hart, maar het weer thuisbrengt bij Hemzelf.
Bart van Egmond is predikant van de GKv Capelle a/d Ijssel-Noord.