NGK Culemborg en de omgekomen Joden
- Praktijklokaal
Speelt het verleden van het gebouw waarin je als kerkelijke gemeente elke zondag samenkomt, een rol in wat je doet en zegt? In ieder geval wel voor de NGK in Culemborg. Die gemeente komt samen in een oude synagoge.
In het Venster, het mededelingenblad van Culemborg, geeft Harm Peter Smilde vlak voor 4 mei aandacht aan het verleden van wat nu het kerkgebouw is. Hij herinnert aan de datum van de deportatie: vrijdag 9 april 1943. Hij noemt een aantal weggevoerde Joden bij naam, vertelt iets over hun geschiedenis en zegt dan: ‘Het zijn maar een paar namen van mensen die in de vooroorlogse jaren op sjabbat naar de synagoge liepen. In hun voetstappen lopen wij op zondagochtend naar de deur van wat nu onze kerk is. Een bedehuis voor alle volkeren. Wij zitten waar zij eens zaten.’
Met de woorden over het bedehuis verwijst Smilde naar de tekst uit Jesaja 56:6-7 die boven de ingang van de synagoge staat, zoals bij veel synagogen. In die tekst zegt de HEER: ‘ieder die de sabbat in acht neemt en niet ontwijdt (…) hem breng Ik naar mijn heilige berg, hem schenk Ik vreugde in mijn huis van gebed’.
Het Praktijkcentrum (GKv) ondersteunt en begeleidt kerken bij het gemeente-zijn in een geseculariseerde cultuur. Zie www.praktijkcentrum.org.