De moeilijke Bijbel
- Achtergrond
- Blog
In Pietermaritzburg (Zuid-Afrika) geef ik les op de bijbelschool. Een van de dingen die ik er bij de studenten in wil hameren is dat bijbellezen moeilijk is. Zij moeten leren dat er vaak niet staat wat zij denken dat er staat. We moeten de Bijbel ‘letterlijk’ lezen, horen mijn studenten in de conservatief-christelijke kringen waarin ze opgegroeid zijn. In de praktijk van het christelijke leven levert dit echter meer problemen op dan oplossingen. Hieronder een paar voorbeelden.
Slavernij
Een van de problemen van het zogenaamde ‘letterlijk’ bijbellezen is dat het nogal selectief gebeurt. Neem de slavernij als voorbeeld. Niemand gelooft nog dat de Bijbel slavernij goedkeurt. Toch was het tot 1864 in christelijke kringen normaal om slavernij met de Bijbel in de hand te verdedigen. Teksten genoeg, vooral in het Oude Testament, waarmee slavernij verdedigd werd als door God gewild. Vaak werd verwezen naar Cham (Genesis 9:18-27) de vader van Kus (Genesis 10:6). Kus was de stamvader van de zwarte volken op wie Gods vloek zou rusten. Zwarte, dus niet-witte, mensen werden als tweederangs burgers geclassificeerd. Dat gebeurde nog in Zuid-Afrika tijdens de Apartheid-era. Zwarte mensen waren ‘skepsels’, ergens tussen de dieren en de mensen in te vinden. Nergens lezen we ‘letterlijk’ dat slavernij afgeschaft moest worden, al moesten slaven volgens de Wet van Mozes wel goed worden behandeld.
Geen kerk vandaag die met beroep op de Bijbel slavernij nog verdedigt. We moeten hem op dit punt niet ‘letterlijk’ nemen, zeggen we dan, maar eerst in de eigen heilshistorische context uitleggen. Daarna kunnen we de Bijbel in onze eigen situatie toepassen. Het houden van slaven wordt nergens rechtstreeks in de Bijbel verboden. Zelfs Paulus deed dat niet (Efeziërs 6:5), lezen we in zijn brief aan Filemon. Maar ook niemand die erover piekert om de Bijbel op dit punt ‘letterlijk’ te nemen, ook niet in conservatief-christelijke kring.
Homoseksualiteit
Maar over andere onderwerpen worden we aangemoedigd de Bijbel wel ‘letterlijk’ te nemen. Bekend is de controverse over homoseksualiteit: de Bijbel ‘letterlijk’ nemen of toch beter van niet? Veel christenen nemen wat de Bijbel erover zegt wel ‘letterlijk’. In Leviticus 20:13 wordt over de homoseksuele praktijk de doodstraf uitgesproken. Onder ons wordt dat tegenwoordig niet meer ‘letterlijk’ genomen, maar in Afrika zijn er ‘christelijke’ landen waar dat wel gebeurt: homo’s gaan naar de gevangenis en soms hangt zelfs de doodstraf boven hun hoofd. De Bijbel wordt ‘letterlijk’ genomen. De ‘vrijzinnige’ hermeneutiek van de kerken in het Westen wordt afgewezen.
Maar waarom wel deze teksten ‘letterljk’ nemen en toepassen maar niet die over de slavernij? Dit lijkt op selectief bijbelgebruik. Waarom het ene wel en het andere niet ‘letterlijk’ lezen?
Theocratie
Een ander voorbeeld van het ‘letterlijk’ lezen van de Bijbel in Afrika is de theocratie. Publiek verklaart een regering dat het land van nu af aan christelijk is. In de grondwet wordt dan opgenomen dat de Bijbel de bron is van de normen en waarden die op alle terreinen van de samenleving in praktijk moeten worden gebracht. Dan zal God het land, vooral economisch, zegenen. Ik vermoed invloed van het Amerikaanse fundamentalisme op dit soort bijbelgebruik.
Een voorbeeld hiervan is Zambia in centraal-Afrika. In 1991 riep president Fredrick Chiluba Zambia tot een christelijke natie uit. De grondwet werd daaraan aangepast. Dan zou het land op Gods zegen mogen rekenen. De eerste twee presidenten van Zambia, Kenneth Kaunda en Fredrick Chiluba, waren overtuigde christenen die ook in de politiek voor hun geloof uitkwamen en dat in de regering van het land vorm wilden geven.
In het Oude Testament las president Chiluba over de verhouding tussen God en Israël (2 Koningen 23:1-7; 2 Kronieken 7:14-18; Psalm 33:12). Dat paste hij ‘letterlijk’ toe op de verhouding tussen God en Zambia. Zoals Israël Gods zegen kon verwachten bij gebleken gehoorzaamheid, zo kon ook Zambia dat doen. Dat er intussen politiek en maatschappelijk nogal wat fout gaat in het ‘christelijke’ Zambia hoeft verder nu geen betoog. In het Westen hebben wij ook bepaald geen goede herinneringen aan de theocratie als politiek systeem (het Constantijnse tijdperk) om van Zuid-Afrika tijdens de Apartheid (1948-1994) maar te zwijgen.
Dit ‘letterlijk’ lezen van deze teksten gaat totaal voorbij aan de heilshistorische plaats van Israël in Gods verlossingsplan met de wereld. Deze manier van bijbellezen maakt onverstaanbaar wat de Geest vandaag door deze teksten tot de kerk wil zeggen.
Deze manier van bijbellezen maakt onverstaanbaar wat de Geest vandaag tot de kerk wil zeggen
Conclusie
Bijbellezen is moeilijker dan we vaak horen en denken. Paulus schrijft (Efeziërs 4:11) dan ook niet voor niets dat de Geest de gemeente ‘leraren’ schenkt. Hoe volwassen een gemeente ook kan zijn als bijbelleesgemeenschap, zonder voorgangers opgeleid in de bijbeluitleg moet zij niet willen. De Geest vergist zich niet in zijn analyse van wat de kerk nodig heeft. Gelukkig worden binnen de NGK toekomstige voorgangers niet opgeleid in dit ‘letterlijke’ lezen van de bijbel. Soli Deo Gloria!
Ds. Bob Wielenga is emeritus predikant van de NGK Kampen en woonachtig in Zuid-Afrika.