Het evangelie? Joost mag het weten…

Marijn Vlasblom | 12 januari 2024
  • Beschouwing
  • Thema-artikelen

Marijn Vlasbom, docent aan het Baptistenseminarie en voorganger van een baptistengemeente in Ede, gaat in zijn beschouwing in op de vraag: wat is de betekenis van ‘heil’ als goed nieuws in deze tijd? Deze vraag leeft in toenemende mate onder tieners, jongvolwassenen en hun ouders. Ook jeugdwerkers, pioniers en predikanten worstelen met de relevantie van klassieke verhalen uit het evangelie.

Het is een regenachtige maandagmiddag als ik in de kerk achter mijn laptop zit te werken. De sobere stilte wordt ruw onderbroken door het luide gekraak van de achterdeur. Het is Joost, vlotte vent, begin twintig. De halve student zwaait fier zijn tas over de rug en ploft met een zucht neer op de tafel tegenover mij. ‘Wat bent u aan het doen?’ ‘Ik schrijf aan een opzetje van ons nog te vormen jeugdonderwijs’, antwoord ik. ‘Interessant!’, roept hij. ‘Wat moet daarin volgens jou écht komen?’ vraag ik. Het is even stil aan de overkant. ‘Het evangelie denk ik’, antwoordt hij wat aarzelend. ‘Maar wat is dat voor jou?’ vraag ik Joost. We raken in gesprek over zonde, genade, Jezus, het kruis. Alle ‘goede’, herkenbare antwoorden komen voorbij. Maar als we in gesprek over de actualiteit raken, zegt Joost ineens met een bedenkelijke blik in zijn ogen: ‘Leuk en aardig dat Jezus voor mijn zonden gestorven is. Dat heb ik duizend keer gehoord en dat geloof ik wel. Maar wat gaat Jezus doen aan al die crises in deze wereld?’

Verhalen vertellen

Recente publicaties rondom het missionair denken in Nederland als Vrede op Aarde en Zoeken naar de dingen die boven zijn bevestigen de actualiteit en urgentie van deze vragen van Joost. Veel klassieke verhalen rondom het evangelie verliezen hun zeggingskracht buiten en binnen kerkmuren. Welk verhaal vertellen wij? Wat is de plaats van verhalen van Jezus, de kerk en het koninkrijk in de goedgevulde en druk beviste zeeën der zingeving?

Kracht van verhalen

Verhalen hebben in de afgelopen vijftien jaar een stevige comeback doorgemaakt. Communicatiegoeroes, spindoctors en keynote-

speakers zweren er bij. Vrijwel elke sector heeft leiders die het belang van verhalen opnieuw accentueren. Met recht: wij leven in verhalen. Goede verhalen weten ons te raken, te motiveren en inspireren. Ze kunnen steevast rekenen op onze herkenning, instemming of afschuw en weten daardoor vaak dieper te door te dringen dan allerlei rationele argumenten. Een goede (s)preker kan een ijzersterk betoog opbouwen, maar zodra er een anekdote wordt verteld, kun je een speld horen vallen. Voor christenen is de kracht van verhalen geen nieuws: de Bijbel staat bol van verhalen over mensen die in dit leven zoeken en worstelen met God. Verhalen die uitnodigen tot identificatie, vervreemding en alles ertussenin.

Klein evangelie

Iedere vertelling van het evangelie is gekleurd door de context waarin die specifieke vertelling en accenten logisch zijn. Voor Joost en veel van zijn tijdgenoten was die vertelling kort en krachtig: Jezus is voor je zonden gestorven. Als je dat accepteert en het liefst bevestigt met belijdenis of doop, zit je goed. Dit hoorde Joost bij het jeugdwerk in de kerk, op christelijke conferenties, jeugdkampen, zijn christelijke studentenvereniging en in allerlei evangelisatiediensten. Dit is een korte weergave van het evangelie die ik ook wel het ‘kleine evangelie’ noem. Het is waar en het past op de achterkant van een bierviltje. Maar de Bijbel vertelt ons in 66 boeken, 1600 pagina’s en 30.000 verzen wel wat meer dan dat… Kun je het evangelie vertellen zonder iets over het kwaad, het koninkrijk of de kerk te zeggen zoals het kleine evangelie doet? Doet zo’n samenvatting de rijkdom van het evangelie wel recht? Geloven we zelf nog in de rijkdom van de verhalen die in de Bijbel verteld worden? Of gaan we liever voor de samenvatting? Tolkiens meesterwerk The Lord of The Rings laat zich prima samenvatten als ‘Magische reis naar de vernietiging van de ring’. De omschrijving klopt, toch voelt iedereen aan dat hiermee Frodo’s reis geweld wordt aangedaan. Bovendien is zo’n samenvatting niet uitnodigend voor toekomstige lezers. Waarom gaan we dan wel zo om met het grootste verhaal dat er bestaat?

Praatjes

Wij willen verhalen vertellen en horen. We horen van experts dat deze kort, krachtig en kernachtig moeten zijn. Sociale media moedigen ons sterk aan om stories van hooguit dertig seconden te delen, net zoals ik moest leren het evangelie in dertig seconden uit te leggen. Het leverde prachtige praatjes op met de mooiste volzinnen. Maar uiteindelijk geloven wij niet in een verhaal van dertig seconden of drie zinnen. Daarin leven we niet. Mijn diepste overtuigingen, geloofsvragen, (on)zekerheden en zoektochten laten zich niet samenvatten tot een kant-en-klaar script dat ik klakkeloos in de ether, op het web of bij de buren over de schutting kan gooien. Ik geloof niet in een evangelie dat als een snelle pizza of panklare maaltijd in een piepende magnetron tot leven gewekt kan worden. Ik geloof zeker niet dat het in staat is om de grote nood, de urgentie en vragen van deze tijd te adresseren, laat staan de honger naar hoop te stillen. Wat contextloos is, is relatieloos en daarmee levenloos. Wat zich enkel laat zenden, ontbeert de zegen van dialoog, gesprek en relatie: fundamenten van Gods schepping. Het evangelie is te rijk, te smaakvol en vaak té complex. Daarvan mag je proeven, steeds meer smaken gaan ontdekken en daarvoor mag je dus gaan zitten.

Onvoldoende

Over welk evangelie hebben we het dan? Als Jezus eerst twaalf en daarna zeventig van zijn leerlingen de wereld instuurt, krijgen zij de opdracht om het goede nieuws van het koninkrijk in Israël te verkondigen. Dat klinkt logisch, tot je je realiseert dat die leerlingen op dat moment nog niets van Jezus’ sterven, opstanding en hemelvaart weten. Toch verkondigen zij dat het koninkrijk nabij is. Welk goed nieuws is dat? Als later Paulus op de Areopagus in Athene aan de religieuze elite het evangelie moet uitleggen, gebruikt hij een kleuring van het evangelie waarin zonde en schuld onbenoemd blijven en zelfs de naam van Jezus niet klinkt. Menig evangelist zou op zo’n verhaal vermoedelijk een zware onvoldoende scoren.

U moet u inloggen om dit artikel te bekijken. Inloggen om toegang te krijgen.
Over de auteur
Marijn Vlasblom

Marijn Vlasblom is voorganger van een baptistengemeente in Ede, werkzaam op het Baptisten Seminarium.

Geloofsbelijdenis van Nicea

Geloofsbelijdenis van Nicea

Jaap Cramer
  • Reportage
  • Thema-artikelen

Reageer op dit bericht

Meld je aan voor onze gratis nieuwsbrief