‘Hij schenkt zijn lieveling slaap’
- Beschouwing
- Thema-artikelen
Het kost ons elk etmaal vele uren. Gemiddeld zeven uur en twaalf minuten. Bijna een derde deel van ons leven gaat eraan verloren. Ook al willen we niet en vechten we ertegen. De slaap.
Een merkwaardig fenomeen eigenlijk. Urenlang uitstaan. Niet beseffen wat er om je heen gebeurt. Out of control. En dat niet uit vrije keus. Nee, we moeten. Je kunt de hele dag wel bezig zijn: studie, werken, tuinieren, sporten, internetten, chillen. Maar op een gegeven moment moet je toch echt een keer slapen. We kunnen niet zonder. Wat is eigenlijk de betekenis van slapen?
Slaapstoornissen
Zo’n tien procent van de mensen lijdt aan slaapstoornissen. Zij kunnen vaak niet slapen, liggen uren wakker. Bijvoorbeeld doordat ze ‘ s avonds lang en intensief hebben gewerkt, gepraat, vergaderd. Te druk in het hoofd, te veel adrenaline. Anderen durven niet te slapen, bang voor nare herinneringen die in dromen en nachtmerries terugkeren. Dan zijn er nog vervelende of nuttige onderbrekingen van de slaap. Plasje doen. Baby voeden. Zorgen voor een ziek kind. Je kunt ook zelf ziek zijn of pijn lijden. Wakker liggen door gepieker. Over je kinderen, een vriend, een collega, een klus die maar niet wil lukken, een slecht-nieuwsgesprek. De volgende dag merk je het. Slaaptekort is slecht voor je concentratie. Je bent moe en prikkelbaar. Je hebt geen energie en bent labiel. Het ergst is misschien wel chronische slapeloosheid. Nacht in nacht uit wakker liggen, misschien door een depressie. Je zou er heel wat voor over hebben om een nacht van acht uur echt te kunnen slapen.
Gods lieveling
Zijn lieveling. Wie is dat? Een bepaalde persoon? Sommige uitleggers denken aan Salomo. Hij heette Jedidja, ‘lieveling van de Heer’. Zijn naam staat ook boven deze psalm. Maar dat zegt op zich niet zoveel. In vers 2 worden al Gods kinderen persoonlijk aangesproken. Kinderen die opstaan, bouwen, zwoegen en zweten. Voor huisvesting, voedsel, veiligheid. Al die mensen zijn Gods lieveling. Een warm, zacht, lief woord. Het doet mij denken aan mijn moeder die mij als kind ’s avonds lekker instopte. Een aai over mijn bol, een kusje op mijn wang: ‘Lekker slapen, liefje’. In feite doet de Schepper zelf zoiets. Met het ritme van de nacht na de dag dekt Hij de mensen, zijn lievelingen, zachtjes toe. Dat heeft iets heel geruststellends: mogen slapen als Gods lieveling. Jij hoeft je niet te bewijzen met al je inspanningen en prestaties. Je mag van ophouden weten en uitrusten. In de zekerheid dat je aanvaard en bemind bent door de Heer. In dat geruststellende besef goed kunnen gaan slapen is een heel grote zegen. Lichaam en geest komen in balans.
Zegen
Omarmen wij die zegen eigenlijk? Ik betwijfel het. Wij verzetten ons vaak tegen de slaap. Bij kunstlicht kunnen we ’s avonds tot in de kleine uurtjes doorgaan. Sommige mensen werken wel vijftig tot zestig uur per week. Waarom? Een goede vraag om jezelf eens te stellen: Waaraan offer ik mijn slaap op? Het antwoord kan duidelijk maken dat iets bezig is jouw afgod te worden. Misschien je werk, ambitie, omzet, bewijsdrang of controledwang? Het wordt je ook opgedrongen door ons systeem van economische groei. Als je hard werkt, doe je ertoe, tel je mee, ben je welkom, dan kom je tenminste ergens. Dus steeds ietsje meer. Iets harder lopen. Nog hogere targets halen. Om te blijven groeien. Financieel en in je persoonlijke ontwikkeling. In zo’n systeem is moeten slapen een hinderlijke onderbreking, een noodzakelijk kwaad. Dus neem je extra koffie om langer wakker te blijven. Of andere stimulerende middelen: cocaïne of amfetamine, met de treffende bijnaam speed. Sommige mensen gaan er prat op aan vijf of zes uur slaap per nacht genoeg te hebben. Ze vinden dat anderen daaraan een voorbeeld kunnen nemen. Grenzen zijn er om te verleggen. Wij willen sterk, productief en onoverwinnelijk zijn. We willen alle ballen in de lucht houden. Als iemand zichzelf letterlijk doodwerkt, vinden wij dat achteraf wel tragisch. Maar voor het zover is, vinden we het verdienstelijk. Dus werken we door tot in de late uurtjes. Zoals de psalm zegt: vroeg opstaan, de hele dag doorgaan en laat naar bed gaan. Ook de Bijbel lijkt meer moeite te hebben met luiheid dan met hard werken. Hoogstens de sabbat zet er een rem op. Ook vrije tijd is niet per se rustgevend. ‘Wat ga je doen, dit weekend, deze vakantie?’ Vrije tijd moet welbesteed, goed ingevuld worden, toch?! Zelfs vakantie vieren kan een tijdrovende en vermoeiende bezigheid zijn. Uitgeput van uren rondhangen op het vliegveld en met je jetlag kom je thuis van je vakantiebestemming. Kortom, wij wijzen de zegen van de slaap vaak af. Waarom? Misschien omdat we de boodschap van de slaap vaak afwijzen.
Wij wijzen de zegen van de slaap vaak af
Boodschap van de slaap
Die boodschap luidt: ik ben als mensje begrensd en kwetsbaar. Ik wil van alles. Maar de avond valt en fluit me terug. Ik word moe. Ik moet stoppen, mijn activiteiten staken. Mezelf met al mijn ambities uit handen geven. Me overgeven aan de slaap. Zeven à acht uur lang moet er Iemand Anders voor mij zorgen.
Als kind leerde ik bidden:
Here, houd ook deze nacht,
over mij getrouw de wacht.
Dat is de boodschap van de slaap.
Psalm 127 leert je:
- bescheidenheid
- afhankelijkheid
In alles. Huizen bouwen, een stad bewaken, brood op de plank: als de HEER niet zegent, wordt het niks. Ook het krijgen van kinderen: ze zijn niet maakbaar, maar een geschenk van de HEER. Iemand Anders. God is de Enige die niet sluimert of slaapt. Hij werkt door, juist als wij slapen. Adam slaapt in het paradijs. Terwijl hij slaapt maakt de HEER een vrouw voor hem: Eva. Jakob slaapt bij Betel: terwijl hij slaapt, gaat de hemel open, komen de engelen en de HEER met grote beloften. Jozef slaapt: in zijn dromen vertelt een engel van de HEER hem dat zijn vriendinnetje een zoon zal krijgen die de redder van de wereld wordt. De boer slaapt: terwijl hij slaapt ontkiemt vanzelf zijn zaaigoed, groeit uit en brengt vrucht voort.
Sabbatsgevoel
Zie je? God geeft zijn lieveling slaap. Met als boodschap: ‘Laat het nou maar aan Mij over.’ Slaperig worden en je daaraan overgeven is een dagelijkse oefening in het erkennen van je afhankelijkheid, je beperktheid. Je oefent elke dag een beetje het sabbatsgevoel. Ik houd op. Ik neem een adempauze. Ik laat los. Je overgeven aan de slaap is je overgeven aan God. Omarm dankbaar elke dag die zeven à acht uren slaap. Als een waardevolle sabbat waarin Gods zegen ligt. En waaruit je lessen leert. Slapen als uiting van vertrouwen in God. En als een oefening van leven uit genade.
God zorgt
Zoals eens voor zijn eerste en grootste lieveling: Jezus. Die lag midden in een storm op het meer rustig te slapen op een schip. Hij wist zich veilig in Gods vaderarmen. Zo mag jij, lieveling van de HEER, je veilig weten in Jezus’ armen. Op een avond kon paus Johannes de XXIII niet slapen. Hij lag wakker en dacht na over zijn grote verantwoordelijkheden: bisschoppen benoemen, wereldproblemen, het Concilie… Toen kreeg hij een ingeving. Hij keek naar het kruisbeeld aan de muur en zei: ‘Heer, het is uw kerk, ik ga nu slapen.’ Hij was de paus van de RK-Kerk. Maar het geldt net zo goed voor jou en de zaken die jou bezighouden. Zeg het in je gebed voor het slapen gaan. Elke avond weer.
‘Heer, ik ga nu slapen, want deze wereld, mijn werk, mijn kinderen, mijn gezondheid, mijn toekomst – het is allemaal van U. Heer, ik moet echt slapen, want ik kan niet alles. Heer, ik mag ook slapen, want U hebt mij lief. Heer, ik geef me over, ik leg me in uw armen en vertrouw op U.’