Een gloednieuw verbond

Rene Barkema | 27 mei 2017
  • Opinie

Je schrijft op persoonlijke titel een stukje voor een blad. Je zet netjes je naam eronder. Je krijgt een mail met wat redactionele wijzigingsvoorstellen, maar pas als je het blad onder ogen krijgt, staat er opeens Ds. voor je naam. Hmm, dat stond niet in de wijzigingsvoorstellen…

Meer en meer heb ik moeite met mijn rol. Was het maar een rol, trouwens. Het lijkt meer bedoeld te zijn als een soort status of een ambt: dominee. Aanspreekvorm van dominus (heer). Ik heb het gevoel dat we daarmee teruggaan in de tijd, tot vóór Christus. Doordat ik dingen doe, hoeven anderen die niet te doen. Zegenen, sacramenten bedienen, ambtsdragers bevestigen. Het is zelfs zo dat die laatste twee niet eens door anderen in de gemeente gedaan mógen worden.

Daarmee gaan we terug in de tijd. Ik kom in het Nieuwe Testament, het document van het nieuwe verbond, nergens tegen dat oudsten (of anderen) in plaats van andere gemeenteleden werken. Laat de voorganger weer een aanvoerder worden, iemand die het voortouw neemt tussen teamgenoten die hetzelfde spel spelen. In plaats van een hogepriester.

Overbodig

Voor mijn gevoel is het verschil tussen het oude en nieuwe verbond in de Bijbel groter dan veel mensen vandaag denken. Als je dat verschil ziet, dan duizelt het je keer op keer. Het zit vast op Goede Vrijdag, Pasen en Pinksteren, op Jezus en de Geest. Vóór Pasen en Pinksteren wordt een enkeling gegrepen door de Geest: Mozes, Simson, Saul. Het heeft vaak ook iets tijdelijks. De glans op Mozes’ gezicht verdwijnt uiteindelijk. Van Simson wordt meerdere keren gezegd dat de geest (Geest?) ‘in hem vaart’. Saul raakt hem kwijt. Zelfs David bidt vertwijfeld: ‘Ontneem mij niet uw heilige Geest, o God.’ Pas bij Jesaja komt er een dienaar in beeld op wie de Geest van de Heer rust. En bij Joël hoor je iets over het eind van de tijd, dat de Geest wordt uitgestort op alle vlees, op ieder mens.

Op Goede Vrijdag breekt dat eind van de tijd aan. Het gordijn in de tempel in Jeruzalem scheurt. Hemel en aarde raken elkaar niet langer in één land, in één stad, in één gebouw, in één kamertje, toegankelijk voor één persoon, op één dag per jaar. Op Pasen, toen Jezus Christus, onze Heer, opstond uit de dood, werd Hij door de heilige Geest bekleed met macht, staat ergens in de Bijbel. En op Pinksteren wordt de Geest daadwerkelijk uitgestort.

Nu we een hogepriester in de hemel hebben, is een aardse hogepriester overbodig geworden. Nu hemel en aarde elkaar raken in ieder hart waar de Geest woont, is de tempel niet meer nodig. Gods volk is een wereldwijd volk van priesters en koningen. Iedereen draagt wel iets bij. De eerste christenen vierden hun maaltijden in een geest (Geest?) van eenvoud en vreugde en braken het brood bij elkaar thuis. Dit nieuwe verbond overwon duizenden, in alle eenvoud, nederigheid en zwakheid. Niet door kracht of geweld, maar door heiligen, zoals ze consequent in de brieven van het Nieuwe Testament worden aangesproken: mensen die door de Geest van Christus een nieuwe schepping geworden waren, opnieuw geboren.

Tempeldenken

Helaas werd ‘de Weg’, de beweging van leerlingen van Jezus, ook beslissend beïnvloed door de Romeinse wereld. In plaats van heilige mensen kwamen er weer heilige plaatsen. De beweging stolde tot een instituut. De toga van keizer en senatoren kwam ook om de schouders van paus en priesters te hangen. Een dienst in nederigheid werd een ambt met waardigheid. Slechts een enkeling kon na zijn (een enkele keer: haar) dood nog een heilige worden. De maaltijd in eenvoud en vreugde werd hocus pocus. Het kerkvolk bestond uit gewone mensen: leken, goedgelovige volgelingen.

Heilige plaatsen, heilige mannen, heilige formules en goedgelovige volgelingen. En dat terwijl Goede Vrijdag, Pasen en Pinksteren iets zo gloednieuws hadden gebracht. Dit jaar is het jaar van vijfhonderd jaar Reformatie. Luther vocht tegen dit tempeldenken. Een moeder van kinderen, een boer op het veld, een man in een mijn, iemand met werk in de kerk, het zijn de vingers van God waardoor Hij zijn liefde zichtbaar maakt. Wij worden door de doop allemaal tot priesters gewijd. Dit ambt aller gelovigen of priesterschap aller gelovigen komt in gesprekken weleens bovendrijven, maar in de kerkorde staat het niet en ruimte geven we het niet.

Duizelen

Ik droom van de kerk als een beweging waarin mensen elkaar weer onderrichten en vermanen in alle wijsheid, waarin iedereen iets bijdraagt. Het nieuwe verbond doet je duizelen, vooral als je ontdekt hoe vaak de woorden ‘elkaar’ en ‘iedereen’ in het Nieuwe Testament worden gebruikt. Ik droom van een kerk die niet langer een tempel is met dominees en formulieren, maar een beweging of gemeenschap van heiligen met een missie. Die missie is even eenvoudig als veelzijdig: hoe heb ik de mensen om me heen lief zoals Jezus mij liefheeft?

In een tempel wordt verzoening tussen God en mensen bewerkt. Het is een heilige plek, waar heilige mannen met heilige formules contact leggen tussen God en de leken. Maar dat werk is allang volbracht. Het nieuwe verbond doet je duizelen, omdat het goed is tussen God en mensen. De vraag is niet hoe het goed komt. De vraag in het nieuwe verbond is niet meer hoe je een rechtvaardige of een genadige God krijgt. De vraag is nu hoe ik die liefde van God voor mij uitstraal naar anderen. Elke leerling van Jezus is zelf een heilige plaats, een heilige man of vrouw, een heilige tekst of formulering (u bent zelf een brief van Christus, schrijft Paulus ergens).

De kinderen van Vader, de leerlingen van Jezus, de heiligen krijgen in het nieuwe verbond maar één vraag mee (en daarin is de hele wet vervuld): wat doe ik uit liefde voor de mensen om me heen? Niet om bij God in de gunst te komen, want Hij had mij al lief voordat ik Hem liefhad. Maar om te laten zien, horen en voelen hoe goed deze Abba, Papa, is voor iedereen die in zijn Zoon gelooft. Eén is onze Heer. En wij zijn elkaars broers en zussen.

Over de auteur
Rene Barkema

René Barkema is predikant van de GKv Amersfoort-Centrum.

Godshuizen wereldwijd

Godshuizen wereldwijd

Inger Hoegee
  • Reportage
  • Thema-artikelen
Wat kan er in een kerkgebouw? reflectievragen

Wat kan er in een kerkgebouw? reflectievragen

Jorien Holsappel
  • Beschouwing
  • Thema-artikelen

Reageer op dit bericht

Meld je aan voor onze gratis nieuwsbrief