In memoriam Kor Muller

Sytze Huizinga | 12 oktober 2019
  • Achtergrond

Op 15 juli overleed ds. Kor Muller (71), emeritus predikant van de NGK Rijsenhout. Sytze Huizinga, voorzitter van de Commissie contact en samenspreking met andere kerken van de NGK, schrijft een in memoriam.

Kor Muller en zijn vrouw Anna zijn beiden mensen van De Polder, zoals de Noord-Oost Polder door zijn bewoners wordt genoemd. Vader Muller was er pionier, één van de eerste boeren, het land amper droog. Mijn schoonvader was dat ook en zo kent men elkaar, van generatie op generatie. Het waren sterke mensen die er niet voor terugdeinsden hun klompen in de klei te zetten en hun schop te hanteren. De schepping bewaren en bewerken. En dat droegen ze over aan hun kinderen. Zo kennen we Kor en Anna ook – aanpakken! Geen wonder dat ze na hun tijd in het Westen terugverhuisden naar Emmeloord.

Kor moest in zijn laatste levensjaar door zijn ernstige ziekte het aanpakken opgeven. Lang bleef hij echter ook na zijn emeritering actief, zoals hij zijn hele leven zich inzette. Wat minder intensief bezig met het kerkelijke kon hij zich meer geven aan zijn gezin, Anna en de kinderen, aan reizen, en aan zijn hobby’s, zoals fotografie.

Grote rol

Over zijn kerkelijke loopbaan is al veel geschreven en gezegd – wie heeft in gereformeerd Nederland niet van hem gehoord? Als je hem niet in levenden lijve hebt ontmoet, kwam je hem vast tegen op Twitter of Facebook. Een ietwat droge opsomming luidt als volgt. hij diende vanaf 1977 de NGK Alkmaar in combinatie met de NGK Zaanstreek-Centrum, vanaf 1982 de NGK Heerenveen en vanaf 2004 tot zijn emeritaat in 2013 de NGK Haarlemmermeer OZ, later NGK Rijsenhout.

Kor Muller heeft decennialang een grote rol gespeeld in het landelijke kerkverband van de NGK. Hij diende vier Landelijke Vergaderingen (1998, 2001, 2004 en 2010) als scriba en was als lid van de Commissie voor contact en samenspreking met andere kerken betrokken bij de contacten met onder meer de CGK, de GKv en de PKN. Hij was jarenlang actief in de Commissie voor kerkrecht en beroepszaken en als kerkrechtspecialist nauw betrokken bij de voorbereidingen voor de nieuwe kerkorde voor de herenigde kerk NGK/GKv.

Muller was bestuurslid van de Nederlands Gereformeerde Predikantenopleiding en stond aan de wieg van de regeling voor landelijke examinering voor het predikantschap in de NGK. Vanaf de vroege jaren zeventig was hij actief in de redactie van Opbouw en in latere jaren was hij redacteur van het Informatieboekje van de NGK.

Kinderen

Ik wil in dit in memoriam een meer persoonlijke indruk geven. Hoe hebben wij hem gekend? Wie was hij voor ons? Heel kort samengevat, met de woorden van Psalm 89: hij was een man van “recht en gerechtigheid, liefde en waarheid”.

Als je hem een beetje kende, wist je dat kinderen een voorname, zo niet de voornaamste plaats in het leven van Kor en Anna hebben ingenomen. Naast hun eigen kinder- en kleinkinderschaar vingen ze ook kinderen op die om enige reden niet bij hun eigen ouders konden wonen. Aanpakken was het. Hoe kun je dat bolwerken, denk ik dan? Je doet dat in afhankelijkheid van onze Vader in de hemel, was de overtuiging van de Mullers, en dan kan er veel.

In het najaar van 2018 hielden ze nog één van hun bijzondere familiedagen. Het zou voor Kor de laatste zijn. Bij de begrafenis van Kor werd zijn vrouw Anna door hen omringd: de kleinkinderen die allemaal een lichtje aanstaken; de kinderen die er rond voor uitkwamen dat hun vader weleens erg rechtlijnig was geweest, maar in latere jaren toch ook zachter, milder was geworden.

Met onverschilligheid was je bij hem
aan het verkeerde adres

Met dat rechtlijnige van Kor waren we wel vertrouwd in zijn werk voor de kerken. In verschillende commissies was kerkrecht zijn specialiteit en hij doceerde het aan predikanten in spe. In een artikel in het NGK Informatieboekje van 2017 benadrukte hij het geestelijke karakter ervan: “In het kerkrecht proberen we Gods eigenschappen en die van de kerk te vertalen naar praktische regels voor het kerkelijk samenleven – zowel plaatselijk als regionaal als landelijk.”

Het ging hem niet om eenheidsdwang, maar om een ruimte waarin recht wordt gedaan aan de bonte verzameling gelovigen die het lichaam van Christus is. Met regels en reglementen kon hij stevig in de weer zijn, niet óm die regels, maar om te voorkomen dat persoonlijke voorkeuren of subtiele druk de zwakkeren hun recht zouden ontnemen. Het maakte hem flexibel en vasthoudend tegelijk. Met onverschilligheid, die hij wel samenvatte als ‘je gaat je gang maar’ of ‘waar bemoei jij je mee?’, was je bij hem aan het verkeerde adres: zo gaat men in de kerk en als kerken niet met elkaar om.

Samenspreking

In de Commissie voor contact en samenspreking van de NGK met andere kerken maakte ik Kor intensief mee. De eenheid in Christus was een zaak van zijn hart. Er werden lijnen uitgezet, plannen gemaakt, gesprekken gevoerd met CGK, GKv en PKN. Dat was niet maar koele berekening, maar veeleer het volgen van zijn Heer. Het kwijnen van de band van de NGK met de CGK raakte hem. Zijn laatste toespraak voor de CGK Generale Synode, begin 2017, getuigde daarvan: vanuit zijn betrokkenheid wees hij zijn toehoorders op de manier waarop, ook volgens het kerkrecht, kerken van Christus met elkaar dienen te verkeren. De historische herenigingsbijeenkomst op 11 november 2017 van de NGK en de GKv in Kampen beleefde hij vol blijdschap, een geschenk van de Heer dat we samen mogen ontvangen en ons aan elkaar verplicht.

Wie Kor slechts oppervlakkig kende, kon hem zien als die man van aanpakken, doen en regelen. Wie hem beter kende, wist van zijn drijfveer, van zijn diepe belangstelling voor mensen, schepselen van God als hijzelf. Niet voor niets werd hij predikant.

Vakman

Mijn familie en ik mogen ons gelukkig prijzen dat we Kor ook als onze herder en leraar hebben gekend. In Alkmaar, zijn eerste gemeente naast Zaanstreek-Centrum, doopte hij in 1981 onze dochter. Toen zij 20 jaar later te jong overleed, leefde hij diep betrokken mee. Als predikant in Heerenveen begroef hij in 2003 mijn vader, met wie hij een nauwe band had, bij het kerkje in Terband. Op dat kerkje staat: ‘Zalig zijn degenen die het Woord Gods hooren en hetzelve bewaren.’ Kor bracht dat Woord, vanaf de preekstoel en in de persoonlijke ontmoeting, het Woord dat zalig maakt, geneest, leven geeft.

Toen vorig jaar mijn zwager overleed, ook zo’n aanpakker uit De Polder, was Kor net voldoende aangesterkt van behandelingen van zijn ziekte om voor te kunnen gaan. We zagen de vakman in hem weer aan het werk, vanuit oprechte belangstelling onderzoekend wie mijn zwager was en overwegend hoe hij het Woord bij de begrafenis zou kunnen laten spreken. Het ging over Psalm 31:16: ‘Mijn tijden zijn in uw hand…’ We weten dat dit ook het vertrouwen is waaruit Kor zelf leefde met zijn Anna.

Op Facebook liet Kor ons regelmatig
van zijn werk genieten

Samen praatten we ook over fotografie. Vergeleken met Kor was ik een amateur. Hij volgde cursussen bij professionals. Er werden opdrachten van allerlei soort uitgevoerd. Smakelijk vertelde hij over het leerproces dat je daarbij doormaakt met je medecursisten. Op Facebook liet Kor ons regelmatig van zijn werk genieten. Hij was sterk in compositie en wist de essentie van landschappen, ook zijn geliefde Polder, prachtig weer te geven. Met Anna en anderen maakte hij verschillende stedentrips, wat tot fraaie opnames leidde. Ik hoop dat er nog eens ergens een overzicht van zijn foto’s wordt getoond!

Anna zingt in een koor in Kampen, schreef Kor in een brief van december 2018. Toen was nog niet bekend dat Anna ziek was. Het koor oefende het Requiem van Brahms om het rond Pasen uit te voeren. Dan moet ik denken aan ‘Denn alles Fleisch es ist wie Gras’*, dat prachtige tweede deel met die hamerende paukenslagen:

Denn alles Fleisch es ist wie Gras
und alle Herrlichkeit des Menschen
wie des Grases Blumen.
Das Gras ist verdorret
und die Blume abgefallen.

Hoe snel kan dat gaan, het verdorren van het gras, het afvallen van de bloem… Kor overleden, Anna ziek. Maar dan, wees geduldig:

So seid nun geduldig, lieben Brüder,
bis auf die Zukunft des Herrn.
Siehe, ein Ackermann wartet
auf die köstliche Frucht der Erde
und ist geduldig darüber, bis er empfange
den Morgenregen und Abendregen.

En daar is weer dat Woord:

Aber des Herrn Wort bleibet in Ewigkeit.
Die Erlöseten des Herrn werden wieder kommen,
und gen Zion kommen mit Jauchzen;
ewige Freude wird über ihrem Haupte sein;
Freude und Wonne werden sie ergreifen
und Schmerz und Seufzen wird weg müssen.

Eeuwige vreugde! Dat is de toekomst voor Anna en ons. Kor is ons voorgegaan…

* Deel 2 uit Ein deutsches Requiem, opus 45 van Johannes Brahms (1833-1897).

Want alle vlees is als gras en al de heerlijkheid van de mens is als een bloem in het gras. Het gras is verdord en zijn bloem is afgevallen. (1Petrus 1:24)

Wees daarom geduldig, broeders, tot de komst van de Heere. Zie, de landbouwer verwacht de kostbare vrucht van het land, en heeft daarbij geduld, totdat het de vroege en late regen zal hebben ontvangen. (Jacobus 5:7)

Maar het Woord van de Heere blijft tot in eeuwigheid. (1 Petrus 1:25)

Want wie door de HEERE zijn bevrijd, zullen terugkeren; zij zullen Sion binnenkomen met gejuich. Eeuwige blijdschap zal op hun hoofd zijn, vreugde en blijdschap zullen zij verkrijgen, verdriet en gezucht zullen wegvluchten. (Jesaja 35:10)

Reageer op dit bericht

Meld je aan voor onze gratis nieuwsbrief