De kerk als proeftuin
- Beschouwing
- Thema-artikelen
De zon schijnt. Door de openslaande deuren zie je de prachtige tuin met bloesembomen waar slingers en lampionnen in de takken hangen. Er staan lange tafels met helderwitte tafellakens, mooi serviesgoed en schalen vol geurige hapjes. De vrolijke gasten maken het plaatje compleet. Achter je klinkt een vriendelijke stem: ‘Welkom vandaag bij onze lunch. Schuif aan, er is nog plek!’
‘Vier de lokale kerk’. Als de kerk er eens uitzag als een tuinfeest, als een plek waar iets te vieren is. Dat sluit aan bij de missionaire beweging in het Nieuwe Testament die wel op gang lijkt te komen als een confettikanon, een ‘explosie van vreugde’, zoals de Britse theoloog Lesslie Newbigin het beschrijft. Een feest om te vieren! Die missionaire beweging mag ons inspireren. Als kerken willen we ook vandaag zout en licht zijn met verbinding met God, elkaar en anderen. Een plek waar we verrast worden door het werk van God en aangestoken door de heilige Geest om mensen naar de tafels te brengen met schalen vol heerlijk geloof, hoop en liefde.
Verwilderd
Maar die prachtige tuin van zojuist is er niet zomaar. Soms is het eerlijker om te concluderen dat onze tuin eigenlijk niet zo ‘lunchwaardig’ is. Mogelijk te klein voor weelderige bloesembomen. Of verwilderd. Of het is een mix van een gevangenisluchtplaats en een fietsenhok, ongezellig en functioneel. Je kunt er prima even je boterhammetje eten tussen de middag, maar om verschillende redenen nodigen we niet zo snel mensen uit voor een lunch. Is dat de status quo van onze kerk? Wat naar binnen gekeerd. Wel met warmte en liefde voor elkaar. Maar de omgeving? Die hoort alleen de kerkklokken op zondag of ergert zich aan ons dubbele parkeerbeleid tijdens de kerkdienst, waardoor zij er met hun kinderwagen niet langs kunnen. Dat is geen feestje voor hen. Dat is niet het getuigenis dat we willen geven. Hoe maken we er (weer) een bruisend feest van waarbij we met bewogenheid die collega, onze familie, vrienden of sportmaatjes ook in aanraking brengen met de liefde van Jezus Christus?
Taart
Bij een feestje hoort taart. Maar er is iets met die taart. In veel kerken lijkt ‘missie’ een punt van de kerktaart te zijn. Dan is kerkzijn het doel (oftewel: de taart) en ‘missie’ is een van de taartpunten. Als er een taartpunt ontbreekt, is dat niet zo fraai, maar er blijft nog genoeg taart over.
De afgelopen jaren ontdekten we steeds meer dat ‘missie’ geen taartpunt is, maar een belangrijk ingrediënt van de taart. Laten we zeggen: de suiker. Als dat ontbreekt, is het geen taart; het is onmisbaar. De kerk is niet het doel, maar Gods missie; de Missio Dei staat centraal. De kerk heeft geen missie, maar God heeft een missie waarvoor Hij de kerk wil inzetten. God de Vader zendt de Zoon; de Vader en Zoon zenden de heilige Geest en Hij brengt ons in beweging. Zijn missie is om de hele wereld te bereiken met zijn overweldigende goedheid. Hij roept zijn kerk om aan die missie mee te doen. Hoe reageren wij op zijn uitnodiging om betrokken te worden bij zijn missie? Dat is niet een vraag voor een taakgroep of evangelisatiecommissie. Dit is in alle elementen van ons kerkzijn de vraag: hoe bieden wij met ons kerkzijn een voorproefje van Gods koninkrijk?
Missie is een belangrijk ingrediënt van de taart
Zendingsland
Intussen kijken we als kerken om ons heen en zien dat Nederland veranderd is, het is zendingsgebied geworden. De kerk staat nog wel midden in het dorp, maar ze staat niet langer centraal in de levens van mensen. Mensen geloven niet automatisch in ‘meer’ tussen hemel en aarde. Er is maar heel beperkte vraag naar God. Hoe richten we onze kerken daarop in? Hoe spreken we verstaanbare taal, hoe zijn we present? God heeft deze wereld op het oog en in die wereld zijn wij gezonden. Het komt er juist nu op aan dat we positie innemen in de eigen lokale samenleving. Van de eerste gemeente in Jeruzalem ging een goed getuigenis uit, men stond in de gunst van het hele volk. Van de gemeente in Tessalonica werd gezegd dat het woord van de Heer zich verspreid heeft in hun omgeving. Wat wordt er van ons gezegd? Hoe dragen wij het Evangelie uit?
Getuigen
Hoe geven we ons getuigenis vorm in een postchristelijke, geseculariseerde samenleving waarin de meeste mensen in aanraking met de kerk zijn geweest of deze bewust hebben losgelaten? Dat verschilt per context en is mede-afhankelijk van de gaven in de gemeente. Er zijn vijf kenmerken van zending gedefinieerd in de Anglicaanse Kerk, de Five Marks of Global Mission, die wereldwijd erkenning krijgen. Niet uitputtend bedoeld, maar ze geven de breedte van Gods missie weer. Ik leg ze uit aan de hand van vijf werkwoorden. Bij missionaire kerken komen ze alle vijf terug en zijn ze met elkaar verbonden. Met als kern dat Gods missie niet alleen gaat over getuigen met woorden, maar het volle leven raakt, met woord en daad.
- Vertellen
Hierbij gaat het om het woorden geven aan de inhoud van het evangelie, dat Jezus Christus Redder en Heer is. Dit gebeurt in verschillende soorten erediensten, vieringen en toerustingscursussen, in huiskringen, via contacten in de buurt en door mensen uit te zenden.