‘God geeft mij de energie’
- Algemeen
- Ontmoeting
‘God geeft mij de energie om te doen wat ik doe.’ Een grote glimlach verschijnt op het gezicht van Carl Schuster, terwijl hij zijn smartphone uit zijn broekzak pakt om iemand te bellen. Carl is van het type bezige bij: vader van vier, echtgenoot, IT-manager bij een grote frisdrankenfabrikant, voorganger in een baptistengemeente in de binnenstad van Paramaribo en daarnaast ook nog bestuurslid bij de Evangelical School of Theology. Daarover later meer.
Carl Schuster werd geboren op 13 juli 1976 in Alphen aan den Rijn. Zijn ouders kwamen naar Nederland om te studeren. Maar na het behalen van zijn diploma als klinisch pedagoog wilde zijn vader zo snel als mogelijk weer naar Suriname. ‘Hij wist zich geroepen om in Suriname te leven en te werken.’
Zelf kent Carl een soortgelijke roeping. Veel van zijn leeftijdsgenoten hebben hun heil elders in de wereld gezocht, vooral in Nederland. Ook te midden van de huidige economische malaise in Suriname kijken velen om zich heen of ze niet alsnog moeten emigreren. Carl heeft dat niet gedaan en zal dat ook niet doen. Hij koos er samen met zijn vrouw bewust voor om in Suriname een leven op te bouwen. Hij zet zich in op tal van terreinen in de samenleving. ‘Eerlijk is eerlijk, ik heb een paar jaar geleden ook wel naar vacatures in Nederland gekeken. Toch zijn we nog altijd hier, want Nederland is niet mijn land. Suriname is mijn land en mijn roeping.’
Een andere roeping vindt Carl in het verspreiden van het Evangelie. ‘Van jongs af aan heb ik passie voor het Evangelie meegekregen. Ook mijn ouders hebben hun leven daaraan gewijd. Mijn vader is een bekende voorganger in Suriname. Zelf heb ik van alles en nog wat gedaan in de kerk. Van jeugdkampen organiseren en leiden tot me inzetten voor de true-love-waits (Tru lobi e wakti) beweging die vanuit Amerika over kwam waaien. Deze beweging propageert om als maagd het huwelijk in te gaan. Ik raakte daarvan zo onder de indruk, dat ik daarin veel energie heb gestoken. Niet alleen om zelf als maagd het huwelijk in te gaan, maar ook om deze boodschap te verspreiden. Omdat ik al veel werk onder jongeren in de kerk had verricht, was ik me goed bewust van de vele uitdagingen waarmee we op seksueel gebied te maken hadden. Dit motiveerde mij om mijn leeftijdsgenoten te ondersteunen en hen te bemoedigen in hun streven naar een maagdelijk huwelijk. Echte liefde wacht.’
Schaarste
‘Ik ben trouwens een kind van de jaren ’80, in die tijd ging het economisch echt slecht met Suriname. We leefden na de coupe en er waren veel stakingen. Op een gegeven moment leefden we zelfs op de bon, want er was schaarste aan van alles en nog wat. Als je ergens een rij zag staan, sloot je je erbij aan want het zou zomaar iets kunnen zijn wat je nodig had. Ik herinner me dat ik ooit met mijn zus in zo’n rij ben gaan staan. Het bleek een rij te zijn om sigaretten te bemachtigen. We lachen er nog steeds om, maar het leven in schaarste heeft mij onbewust gevormd. Dat kan niet anders.’ Misschien is dat ook een van de redenen dat Carl nu zoveel doet. Pak de kansen die er zijn, want er zijn andere tijden geweest en die gaan misschien ook wel weer komen. ‘Ik heb de passie om veel te doen voor anderen. Dat zit in mij en daar herken ik ook veel van bij mijn vader. Hij was directeur bij een interkerkelijk organisatie, heeft een christelijke radiozender geleid en ook bijgedragen aan de start van een tv-station. Via verschillende media wilde hij Suriname bereiken met het Evangelie. Hij was daarin succesvol en ergens wil ik dat ook zijn.’ Carl is vanaf jonge leeftijd actief in de kerk. Toch bouwde hij in 2013 na de geboorte van hun tweeling zijn kerkelijke activiteiten af. ‘Het werd allemaal te veel en ik moest een keuze maken. Ik nam me voor om in kerkelijk opzicht een sabbatsjaar te nemen.’
IT-manager
Carl is technisch aangelegd en ging elektrotechniek studeren, maar stopte daarmee na het eerste jaar van de bachelor. Hij ging werken bij een computerbedrijf en leerde al werkend. Het was de begintijd van automatisering, er was veel vrijheid. Veel was nog onbekend, dus je kon experimenteren en ontdekken. Dat deed hij en van het een kwam het ander. ‘In mijn carrière in het bedrijfsleven heb ik geleerd om te vertrouwen op God. Er gebeurden soms wonderlijke dingen. Op een gegeven moment kreeg ik bij een bedrijf de vraag om IT-manager te worden, terwijl ik helemaal geen papieren had en ook niet veel ervaring. Maar een combinatie van geloof en vertrouwen bij de directie maakte dat ik het toch ging doen. Daarin zag ik ook de hand van God. De Heer heeft mij geleerd om Hem te vertrouwen als de voorziener.’
Tegenwoordig is Carl de IT-manager van Fernandes, een Surinaams conglomeraat dat bekend is vanwege diverse frisdranken. ‘Bij het hele bedrijf, waaronder tegenwoordig ook een bakkerij, ijsmakerijen autodealer vallen, werken meer dan twaalfhonderd mensen. Ik geef formeel leiding aan een team van dertien mensen. We zijn werkzaam bij een van de grootste bedrijven van het land. Laatst hebben we uitgerekend dat we ongeveer tweeëneenhalf à vijf procent bijdragen aan het BNP (bruto nationaal product) van Suriname.’
Vader
De ambitie en passie van Carl om actief te zijn in de Surinaamse samenleving en het bedrijfsleven hebben ook een andere kant. Het ontbreekt hem soms aan rust en misschien ook aan focus. ‘Ik heb het vissen ontdekt. Soms ga ik er een weekend of een paar dagen tussenuit. Dan rijd ik bijvoorbeeld naar het grote stuwmeer op een paar uur rijden en kom ik helemaal tot rust. Alhoewel, zo vaak lukt me dat ook weer niet.’ Een bulderende lach klinkt door de auto. Een andere schaduwzijde van zijn ambitie is het gebrek aan balans. ‘Ik verlies soms de balans in mijn leven en merk dan dat ik geen goede echtgenoot of vader meer ben. Dan is mijn ambitie buiten het gezin groter dan erbinnen. Ik denk dat het aardig gelukt is om een band met mijn kinderen op te bouwen, maar ik schaam me ervoor dat ik niet altijd in staat ben om te doen wat een vader zou moeten doen. Er voor ze zijn.’
Carl en zijn vrouw hebben drie dochters en een zoon van respectievelijk twintig, achttien en tien jaar oud (de jongsten een tweeling). Beslissend om werk te maken van het vaderschap was een preek en daarbij kwam een gebeurtenis in zijn gezinsleven. Bij zijn oudste dochter werd in 2016 een hersentumor ontdekt. ‘Ik werd veertig op de dag dat de uitslag kwam. Mijn vrouw had een surpriseparty voor mij georganiseerd en was al op de hoogte van de uitslag. Ze heeft het me pas die avond, na het feest, verteld. Het wonderlijke is dat we in de periode daarna hebben ervaren dat God op een speciale manier in ons leven heeft voorzien.’ De medische behandeling sloeg aan en hun dochter werd gespaard. ‘Het heeft ons geleerd om nog meer te vertrouwen op de Heer. En ook om eerlijk te zijn tegen collega’s. Geregeld werd ik bij vergaderingen naar huis gestuurd. Je moet naar huis gaan, daar wordt nu je aanwezigheid gevraagd.’ Hij is even stil. ‘Je kunt nog zo hard werken in je leven en nog zoveel proberen, als de Heer het niet leidt, dan is het vergeefs.’
Voorganger
Het sabbatsjaar in de kerk in 2013 mondde uiteindelijk uit in tien jaren. Want pas in 2023 ging hij echt weer structureel dingen doen in de kerk in het centrum van Paramaribo. Het was de kerk van zijn jeugd. Hij werd toen zelfs voorganger, want in de tussentijd had hij niet stilgezeten, maar was hij in deeltijd de opleiding theologie gaan doen aan de Evangelical School of Theology. ‘Het is van Godswege zo gestuurd. De voorganger van onze kerk had twee jaar daarvoor aangegeven om te gaan stoppen. Uiteindelijk werden mijn vrouw en ik verkozen als voorgangersechtpaar. Ik had daar zelf nooit aan gedacht.’ Heeft hij soms meer uren in een dag dan een gemiddeld mens? Hij lacht weer hard en aanstekelijk. ‘Het is belangrijk werk en we doen dit samen als stel. Voor mij betekent het dat ik twee vergaderingen van het bestuur in de maand bijwoon, dat ik twee keer de prediking in de zondagse dienst verzorg en ook dat ik een paar pastorale bezoeken per maand afleg.’ Hij is even stil. ‘O ja, soms leid ik ook de aanbidding en moet ik doordeweeks naar de kerk om een keer te oefenen met de musici.’ Hij haast zich te zeggen dat hij een geweldige vrouw heeft. ‘Zonder haar had ik in mijn leven niet kunnen doen wat ik doe en heb gedaan. Zij steunt mij en is er voor de kinderen. Zij beschermt mij ook door als het ware mijn secretaresse te zijn en niet al te veel afspraken in te plannen.’
De preek van komende zondag moet hij nog schrijven. Carl weet al wel waarover deze moet gaan. Het is namelijk vaderdag en dan worden de vaders in Suriname in het zonnetje gezet. ‘Ik wil de aanwezige vaders bemoedigen en aansporen om verantwoordelijkheid te nemen in hun leven. Als een vader die zorgt en corrigeert, die het goede voorbeeld geeft en onderwijst, die zich in alles bekommert om zijn kinderen, zoals een moeder die haar zuigeling voedt.’ In de preek wil Carl allereerst een goed beeld van de hemelse Vader laten zien, zoals die naar voren komt in de Bijbel. ‘We hebben namelijk onze hemelse Vader nodig voor ons leven op aarde. Of we nu vader, moeder of kind zijn.’
Kern
Zoals gezegd is Carl ook nog betrokken bij de Evangelical School of Theology (EST) in Paramaribo. Deze school werd in 2003 opgericht en wil door middel van bijbels en theologisch onderwijs de kerk in Suriname versterken en verdiepen. Zij is niet aan een kerkelijke denominatie verbonden en kent daardoor een veelzijdige studentenpopulatie. Carl werd recentelijk gevraagd om in het stichtingsbestuur plaats te nemen. ‘Dat kon er ook nog wel bij.’ Hij glimlacht veelzeggend. ‘Ik heb zelf op deze school veel geleerd en ik wil met liefde mijn talenten inzetten zodat veel meer mensen een opleiding kunnen genieten aan deze school.’ Niet alleen leerde Carl op theologisch gebied veel, ook in de omgang met andersdenkenden. Want als een baptist, charismatische wedergeboren pinkstergelovige, een EBG’er (Evangelische Broedergemeente, red.) en een gereformeerde in dezelfde schoolbanken plaatsnemen, wil er wel discussie ontstaan. ‘Mijn blikveld is verruimd. De soms felle discussies bepaalden mij vaak bij de kern van geloof en het leven. Dat je vanuit deze kern elkaar de ruimte moet durven geven. De kern is voor mij het geloof in de drie-enige God. Veel discussies in de kerk gaan over randzaken die niets toevoegen aan je behoud. Wat dat betreft heb ik geleerd om elkaar meer ruimte te geven. Dat moeten we in de Surinaamse verzuilde samenleving ook doen. Hoe verschillend we ook zijn en denken, toch moeten we elkaar de ruimte geven zonder elkaar uit het oog te verliezen. We hebben simpelweg samen te leven.’
We hebben simpelweg samen te leven
In zijn werk voor de EST kan Carl ook zijn praktische en organisatorische talent inzetten. Dat wordt zichtbaar als hij de nieuwbouwlocatie van de school aan de rand van Paramaribo laat zien. Terwijl hij met de aannemer praat en een ronde door de school in aanbouw maakt, trilt geregeld zijn telefoon en regelt hij tussendoor iets anders. Of dat nu een IT-gerelateerde vraag van zijn werk is, een regelding voor de muziek van aanstaande zondag in de kerk, een vraag van een van zijn kinderen of een pastorale vraag. Het maakt niet uit. Deze gedreven man staat continue aan, want hij wil nu eenmaal zijn waar hij nodig is. Dat doet hij vaak met een glimlach en naar je gevoel met alle tijd van de wereld.
Maarten Boersema is fotograaf, tekstschrijver en predikant.