Zou er dan toch een God zijn?
- Algemeen
- Literatuur
De wandelaar is een cultuurmens, van goede smaak en gewoonten, een man van de wereld, en inmiddels van een zekere leeftijd. Als hij op zijn wandeling schrikt van een joggende vrouw die plotseling uit het bos tevoorschijn komt, leren we hem pas goed kennen. ‘Mannenlijf kaarsrecht, hoofd hautain achterover, misprijzende uitdrukking om de wat slappe mond, blik op oneindig: een nurkse God die al tijden genoeg heeft van zijn schepping.’
We zien hem gaan, vastberaden voortstappen over de weg die als een liniaal door het dorp is getrokken. We kennen hem goed, de oude aristocraat die het zo met zichzelf getroffen heeft en die ze allemaal wel zou willen bijbrengen wat beschaving is. Hij heeft geen oog voor de huisjes die hij passeert. ‘Een verzameling karakterloze kleine huizen vol karakterloze kleine burgers met hun kleine burgermanstragiekjes.’
Oppervlakte
Arie Kok is journalist en tekstschrijver.