‘Je kunt jongeren niet het geloof geven, maar je kunt wel met ze meelopen’

Elze Riemer | 11 april 2025
  • Reportage
  • Thema-artikelen

Hoe begeleidt een kerk kinderen en jongeren naar volwassenheid? Als kerk zoek je hierin met vallen en opstaan een weg. Je wilt ze voorgaan in het geloof, midden in een wereld waarin geloven in God heeft afgedaan. OnderWeg ging te rade bij twee kerken: De Koningshof in Leusden en Kruispunt in Vathorst-Amersfoort. Ze geven een inkijkje in hun jeugdwerk. In al hun inspanningen valt een rode draad te ontdekken: liefde geeft ruimte.

Sinds zes jaar hebben ze in De Koningshof in Leusden catechisatie en vereniging samengevoegd als ‘CaVé’. Een keer in de twee weken stroomt de kerk op woensdagavond vol met kinderen en jongeren. Een mooi moment om langs te gaan en te kijken en ervaren hoe zij het jeugdwerk vormgeven. De eerste helft van de avond zijn de groepen 1 en 2 samengevoegd, net als 3-4 en 5-6. Elke combigroep heeft een eigen catecheet die een inleiding geeft aan de hand van een thema. Na een pauze nemen de buddy’s het over, die met hun eigen jaargroep aan de slag gaan met een meer praktische verwerking van het thema. Dit buddysysteem is de fundering waarop het jongerenwerk van de kerk steunt: elke jaargroep krijgt twee buddy’s die vanaf het eerste tot en met het laatste jaar samen met haar meelopen – en dus samen met haar meegroeien.

Relatie

Peter Hommes is predikant bij De Koningshof en een van de catecheten. Hij vertelt: ‘Je leidt als buddy een groep, maar een-op-eencontact kan er zeker ook zijn. Zo zat een tijdje geleden een van de jongeren niet lekker in zijn vel. Gaandeweg de avond kwamen de tranen. De buddy is met hem apart gaan zitten om hierover door te praten. In overleg met de jongere heeft ze daarna contact gezocht met de ouders. Dit gaf thuis openheid om door te praten. Als buddy probeer je er te zijn voor de jongeren, de relatie staat centraal.’ Relatie, dat is volgens Peter wat jongeren nodig hebben van de kerk. Een groep van leeftijdsgenoten waarin je veilig bent, waar je geaccepteerd wordt zoals je bent en niet wordt veroordeeld: ‘Ik hoop dat onze jongeren de kerk leren kennen als een plek waar je niet aan allerlei eisen hoeft te voldoen en de lat niet hoog ligt. Ze leven in een wereld die voortdurend veel druk op hen legt, waardoor ze het gevoel krijgen dat ze aan allerlei ideaalbeelden moeten voldoen. Maar een keer in de twee weken is er CaVé waar ze tot rust mogen komen, en worden ondergedompeld in Gods werkelijkheid waarin je zijn geliefde kind bent.’

Catechese

‘Buddy’s proberen God ter sprake te brengen, op Jezus te wijzen en daarbij het mooie te laten zien van leven met God. Je kunt jongeren niet het geloof geven, maar je kunt wel met ze meelopen, -denken en -voelen. Een veilige ruimte bieden voor hun ervaring en daarin zoeken naar God – hoe Hij er voor hen wil zijn. Ook door zelf open te zijn over je eigen ervaringen daarin’, besluit Peter. Hij moet ervandoor om zijn inleiding te geven over het thema van de avond: ‘Als er een goede God is, waarom is er dan lijden?’ Peter is catecheet van groep 1 en 2 en aan hem de mooie taak om in twintig minuten tijd de nuances en gevoeligheden rondom deze complexe vraag aan een twintigtal tieners proberen uit te leggen. Dapper. Ik ben benieuwd hoe hij het ervan afbrengt en schuif aan. Hij slaagt er goed in, via iets dat wat lijkt op een preek – een goede, dat wel. Of iets ervan doordringt tot de tienerbreinen en -harten valt moeilijk te zeggen. Zelf onderstreep ik een ding dat meerdere keren terugkomt in Peters verhaal: ‘Liefde geeft ruimte.’

Vertrouwensband

De volgende die ik spreek, is Sander Steendam, een van de twee buddy’s van jaargroep 6. Ik vraag hem welke rol hij voor zichzelf ziet in de beweging tussen God en jongeren. Herkent hij wat Peter hierover heeft gezegd? Sander reageert: ‘Ik probeer de jongeren erop te wijzen dat God er altijd en in alles is, in de kleine en grote dingen. En ja, ik geloof wel dat ze zich veilig voelen hier, al heeft dat tijd nodig. Daarom is het zo goed dat de jongeren zes jaar lang dezelfde jeugdleiders hebben; zo heb je echt de tijd om die vertrouwensband op te bouwen. Onderhand durven ze wel hun mening te geven.’ Maar echt persoonlijke dingen delen, dat gebeurt heel weinig, zo vertelt hij. Vanavond lukte dat ook niet echt. Het thema van de combigroep 5-6 was dit keer ‘angst’. ‘Nadat de catecheten het thema hadden ingeleid, gingen wij als buddy’s met onze groep aan de slag met de verwerking. We hadden zeven stellingen op de muur gehangen rond de vraag: ‘Waar ben je bang voor?’ Niemand was ergens bang voor, ook niet toen we doorvroegen of verschillende scenario’s bespraken. Ik kan me niet voorstellen dat ze nooit bang zijn of zijn geweest.’

Groepsdynamieken

U moet u inloggen om dit artikel te bekijken. Inloggen om toegang te krijgen.
Over de auteur
Elze Riemer

Elze Riemer is godsdienstwetenschapper en journalist.

Reageer op dit bericht

Meld je aan voor onze gratis nieuwsbrief